Grensverleggend Oeganda
Een groen en bruisend land. Vriendelijke mensen die een
prettig en vruchtbaar land bevolken. Veel water, heuvels en dieren.
En nog bijna geen toeristen.
Route
Wij zijn Oeganda binnengekomen vanuit Kenia met eigen vervoer, via
de meest gebruikte grensovergang Mabale-Tororo. Onze eerste stop
was Jinja en direct daarna Kampala. Vanuit Kampala zijn we richting
zuid-westen afgereist, met Lake Nabugabo en Lake Mburo NP als tussenstops
op weg naar Kabale. Vanuit Lake Bunyonyi nabij Kabale op een neer
geweest naar Kisoro en Mgahinga NP in het uiterste zuiden van Oeganda.
Met een zijwaarts uitstapje naar Queen Elisabeth NP via Kampala
weer terug naar Kenia.
Bestemmingen
Jinja
Je zou het niet zeggen als je er doorheen rijdt, maar Jinja is de
op een na grootste stad van Oeganda. Het ademt de sfeer uit van
een heel klein stadje in de jaren 50. Brede, rustige straten en
weinig verkeer. In de Mainstreet zijn alle voorzieningen aanwezig
(bank, postkantoor, supermarkt, tankstation etc), behalve email.
Niet te missen is natuurlijk de bron van de Nijl, want Jinja ligt
precies aan de baai waar het Victoriameer de Nijl in stroomt.
Accomodatie: Zo'n 8 km buiten Jinja, richting Bujagali Falls,
liggen twee campings aan de Nijl. De Exlorers Campsite ligt hoog
op de oever, met een geweldig uitzicht over de Nijl. Basic voorzieningen
zijn aanwezig, maaltijden als je je op tijd aanmeld. De douches
zijn aan de achterkant open, zodat je tijdens het douchen kunt genieten
van een prachtig uitzicht. Er worden ook banda's verhuurd. Speke's
Campsite ligt laag, direct aan de stroomversnelling die Bujagali
Falls heet. Ook op andere plaatsten in en rond de stad zijn campings,
of kun je je tent opslaan bij hotels.
Eten: Wij hebben zelf gekookt (groente en vlees is goed en
goedkoop verkrijgbaar). Het eten bij Explorers schijnt ook erg goed
te zijn (6000 ushs voor hele maaltijd) en ook in het stadje schijnen
goede restaurantjes te zijn.
Activiteiten: Aan de rivier is een plaquette gemaakt, om
het begin van de Nijl de markeren. Er is een parkje bij en stalletjes
met drank en souvenirs. Ook kun je boottochtjes maken hier. Wat
wij niet hebben gedaan, maar wat wel erg gaaf schijnt te zijn is
een raftingtochtje op de Nijl. Bij Explorers kost dit 65 usd.
Vervoer: De weg tussen Jinja en Kampala is goed. Vanaf de
grens met Kenia is Jinja de eerst noemenswaardige plaats. Het eerste
deel vanaf de grens is slecht, maar de tweede helft is vrij goed.
Kampala
Hoewel Kampala nog geen megastad is, is het door de verspreidde
ligging over vele heuvels lastig om je weg te vinden. Bewegwijzering
is nihil, dus een goede kaart is aan te raden. Op elke heuvel ligt
wel een ander gebedshuis (kerk,moskee, tempel erc), die allen een
mooi uitzicht bieden over Kampala. Er zijn niet echt veel bezienswaardigheden,
behalve de graftombes van Kasubi, van het vroegere Koninkrijk Buganda.
Accomodatie: Hotels en campings genoeg in Kampala en het
aanpalende Entebbe. Red Chilis Hideaway is een erg goede campingsite,
met prima voorzieningen (flushtoilets, hete douches, restaurant,
gemeenschappelijke ruimte en email). Er zijn ook dormbedden beschikbaar.
Vanaf deze camping in de outskirts ben je in 15 minuten in het centrum
(met je eigen vervoer). Komende vanaf Jinja moet je net voor Kampala
bij de Metro Supermarkt naar links.
Eten: Er zijn genoeg restaurant in Kampala en het eten van
de Red Chilis zag er ook erg goed uit. Wij hebben zelf gekookt,
ingredienten genoeg beschikbaar.
Email: Er is een computer op de camping aanwezig (150 ushs
per minuut), maar betere voorzieningen zijn er in het centrum. Er
zit een goed emailcentrum, The Dome, op Kampala road, aan de rechterzijde
gezien vanuit de richting Jinja, direct voor het Agip tankstation
en fastfoodketen Nando's. Het zit boven de winkel in kantoorartikelen.
Bezienswaardigheden: Absoluut de moeite waard zijn de Kasubi
Tombs. Hier liggen een aantal koningen van het Buganda Koninkrijk
begraven. De gratis gids geeft een interessante toelichting. Verder
schijnt het Museum wel aardig te zijn.
Vervoer: Kampala is een knooppunt van wegen en vanuit hier
kun je alle kanten uit, zowel met eigen vervoer als met de bus.
In en rondom Kampala zijn de meeste wegen verhard.
Lake Nabugabo
Dit randmeer aan het Victoriameer is mooi en heerlijk rustig. Geen
grote dieren, maar wel veel vogels. Het is even lastig om de weg
er naartoe te vinden. Voordat je vanuit de richting Kampala het
stadje Masaka binnen rijdt, is er naar links een afslag. Bij de
afslag staat een bordje 'Church of Uganda Holiday and Conference
Centre'. Hier ga je in en dan neem op de eerstvolgende kruising
de zandweg naar links. Deze dirtroad is behoorlijk lang en overal
staan bordjes van de Church of Uganda. Zo kun je prima de weg naar
het meer vinden. Voor 5000 per tent kun je hier je tent opslaan,
ze hebben ook banda's te huur. De enige restrictie is: geen bier.
Direct hiernaast ligt nog een camping, maar die schijnt niet veilig
te zijn. Als je op tijd aankomt, kunnen ze eten voor je maken, maar
het is wel handig om eten bij je te hebben. Je kunt hier heel goedkoop
een kano huren om het meer te bevaren en het schijnt ook veilig
te zijn om er in te zwemmen.
Mburo National Park
Een prachtig park, niet al te groot, maar met heel veel dieren.
Het handigste is om de main gate te nemen, vanuit Lyantonde de eerste
die staat aangegeven, want de dirtroad van de doorgaande weg naar
deze ingang is in goede conditie. De dirtroad naar de andere ingang
is veel langer en heel erg slecht. Op de track naar het restcamp
zie je al veel dieren (impala's, zebra's,topi's, warthogs etc),
daarnaast zijn de Lakesidetrack en de Impalatrack aan te bevelen:
veel dieren (buffalo's, bavianen, waterbuck, velvetapen). Er zijn
twee viewpoints die beide de moeite waard zijn. Er zijn meerdere
campsites in het park en bij het restcamp zijn ook banda's te huur.
Op de campsites zijn geen voorzieningen aanwezig, dus zorg dat je
alles bij je hebt (ook water). De campsite halverwege het meer vonden
wij het mooist. De waterbuck staan nieuwschierig toe te kijken terwijl
je je tent opzet en achter je briesen de nijlpaarden in het water.
Soms controleren ze niet en lukt het om gratis te kamperen. De entree
is 7$ per persoon en 30$ voor de auto. Bij ons hanteerden ze de
heel voordelige wisselkoers van 1000 ushs voor een dollar. Ik zou
altijd even vragen....
Kabale/Lake Buyonyi
In dit kleine stadje in het zuiden is niet veel te doen, wel is
er alles te koop. Goede supermarkten en tegenover de Hot Loaf Bakery
zit een prima groentewinkeltje dat wordt gerund door heel eerlijke
vrouwtjes. Veel beter is het om door te rijden tot zo'n 7 km buiten
het stadje naar het Buyonyi meer. Dit prachtige kratermeer ligt
tussen de vulkaanpieken. Je kunt er kanoen en er zijn mooie vogeleilanden
in het meer. Op sommigen kun je ook overnachten.
Accomodatie: Als je in Kabale zelf wilt overnachten is het
Visitours Hotel aan te bevelen. De kamers zijn erg basic (5000 ushs
voor twee personen), maar het eten is goed en goedkoop. Aan het
Buyonyi meer is het Bunyonyi Overland Camp and Park een aanrader.
Vanaf Kabale staan bordjes om je de weg te wijzen. De camping ligt
aan het meer en het personeel is erg vriendelijk. Kamperen kost
slechts 2000 ushs per persoon en ze hebben ook banda's. Het eten
hier is niet goedkoop, maar wel erg lekker (mn de crayfish). Er
zijn hier ook kano's te huur. Eigenaar Ivan kan soms nog wel eens
wat voor je regelen als het gaat om gorillatrekkingpermits voor
Mgahinga.
Kisoro
In dit kleine plaatsje is niet veel te beleven. Voor de meesten
is het slechts een uitvalsbasis voor gorillatrekking en andere tochten
in het Mgahinga National Park. Op maandag en donderdag is er markt
en biedt het anders wat stoffige plaatsje een kleurrijk aanzien.
Er zijn meerdere hotels in het stadje, maar als je toch naar het
National Park gaat, kunt je direct naast de ingang kamperen op de
community campground. Dit kost 2000 ushs per persoon en er zijn
ook banda's te huur. Voorzieningen zijn erg basic, neem water en
eten mee. Als je het vroeg genoeg laat weten, dan kunnen ze ook
wat voor je koken. Het kantoor van de Mgahinga Wildlife Authority
zit aan de hoofdweg. In principe is dit de enige plek om een gorillapermit
te kopen voor Mgahinga. Voor meer info over gorillatrekking, zie
het kopje tips en wetenswaardigheden.
Queen Elisabeth National Park
Een vrij groot park bijna aan de grens met Zaire. Het wordt doorsneden
met de doorgaande weg naar Fort Portal. Dus ook zonder het park
in te gaan, kun je al verschillende dieren zien. In het bloedige
verleden zijn veel dieren afgemaakt en langzaam is de veestapel
herstellende. Hippo's en grote vogels zijn er echter in overvloed.
De meren Edward en George liggen aan de uiteinden van het park en
staan met elkaar in verbinding via het Kazinga Channel. Een boottocht
over dit kanaal levert spectaculaire beelden op van vogels en gapende
Nijlpaarden. Ook de kraterroute in het noordwesten van het park
vonden wij de moeite waard. Niet zoveel dieren, maar wel prachtige
natuur. Er zijn meerdere campsites, waarvan twee aan het Kazinga
Channel. Erg mooi, wel zelf alles meenemen. De campsite bij het
dorp heeft wat meer voorzieningen. Er is ook een dure lodge en er
schijnen dormbedden te zijn bij het student camp. Daar vlakbij is
ook een canteen, waar je heerlijk kunt zitten met uitzicht over
het water. Het kamperen is niet goedkoop hier, namelijk 7500 ugsh
per persoon. Entree voor het park is 15 $ per persoon en 30$ voor
de auto
Kosten
In maart 2000 stond de wisselkoers voor de Oegandese shilling (ushs)
op 1500 voor een (cash) dollar. De koers voor travelllercheques
is lager, namelijk 1490. Bovendien vragen ze redelijk wat commissie
(10.000 ushs) en kun je slechts bij enkele banken terecht. Het beste
is om geld te wisselen in Jinja of Kampala. Er schijnen in Kampala
ook opnames op creditcard mogelijk te zijn. Elders in het land zijn
de koersen veel slechter (1300 ushs voor een dollar op een travellers
cheque). Tip: bij veel parken kun je entree en dergelijke betalen
in travellers cheques, handig en ze rekenen geen commissie! De kosten
varieren enorm. Als je kampeert, altijd zelf kookt en niet teveel
kilometers maakt op een dag, dan kun je voor niet al te veel rondkomen
in Oeganda (10$ per dag). Duur zijn westerse artikelen (pindakaas),
parken en op toeristen gerichte activiteiten. Voor een park betaal
je al snel 7 tot 15 dollar per persoon en 30 dollar voor de auto.
Een boottochtje van twee uur in een gemiddeld park kost als snel
20 $ per persoon.
Veiligheid
Op zich is Oeganda een heel veilig land. De gebeurtenissen in het
verleden zijn voorbij en er wordt hard gewerkt aan rust en veiligheid.
Er zijn enkele probleemgebieden aan de verschillende grenzen. Dat
zijn echter rebellen uit naburige landen en het blijkt moeilijk
om die altijd op tijd te achterhalen. In maart 2000 was het noordelijke
gebied, vanaf Murchison Falls NP tot aan de grens met Sudan niet
helemaal rustig. Wij zijn dan ook niet in het noorden geweest. Ook
in het grensgebied met Zaire rommelt het nogal eens. Queen Elisabeth
is nog ok, maar wij zijn niet verder westelijk gegaan. Het Ruwenzori
Park -aan de grens- was ook gesloten. Mgahinga NP aan de grens met
Rwanda was veilig. Het beste is om lokaal na te vragen hoe de zaken
ervoor staan. Met uitzondering van deze problemen is Oeganda heel
veilig, naar ons idee veiliger dan Kenia. In Kampala kun je zonder
bang te zijn rond lopen (in tegenstelling tot Nairobi). Ook hebben
wij 's nachts wel eens de auto met spullen erin langs de weg laten
staan. Niets aan de hand. Dat zouden we in Kenia echt niet doen.
Tips en wetenswaardigheden
Gorilla's
Een van de belangrijkste bezienswaardigheden zijn de met uitsterven
bedreigde berggorilla's. De parkkosten zijn enorm, maar wij vonden
het absoluut de moeite waard. Er zijn twee mogelijkheden, Bwindi
en Mgahinga. Per park zal ik alle voor en nadelen proberen te schetsen.
- Bwindi Impenetrable np
Alleen te regelen in Kampala (Wildlife Authority nabij het Sheraton
Hotel in het Jubilee Park midden in de stad), de kosten bedragen
250$ per persoon excl parkfee (15$). Er zijn per dag tweemaal zes
plaatsen te vergeven. Soms is er een reservelijst waar je je op
kunt laten plaatsen bij het park zelf. Het is een echt regenwoud,
vrij zwaar om in de lopen. De twee groepen zijn vrij groot, maar
het kan zijn dat je ze na een paar uur lopen door ondoordringbaar
bos niet hebt kunnen vinden. Geen geld terug.
- Mgahinga Gorilla np
Alleen te regelen in Kisoro (park authority aan hoofdweg in het
dorp), de kosten bedragen 175$ per persoon excl parkfee (15$). Er
zijn per dag zes plaatsen te vergeven. Het is een park rondom drie
vulkanen, een groot deel van het bos biedt prachtige uitzichten.
Er is goed te lopen. De groep is niet heel erg groot, ongeveer 10
apen. Het park loopt door in Rwanda en Zaire en het kan zijn dat
de apen de grens overgaan. Je kunt ze dan niet bezoeken. Als ze
de dag voordat je geboekt hebt de grens over zijn, kun je je reservering
ongedaan maken en je geld terug krijgen. Als ze aan de Oegandeze
zijde zitten en je gaat lopen, maar je vindt ze niet; pech, maar
geen geld terug. Dit laatste zal echter niet vaak gebeuren, omdat
het bos redelijk toegankelijk is.
De keuze is moeilijk te maken, wij hebben Mgahinga gedaan, en omdat
het toch wat geld scheelde en omdat het mooi en makkelijk lopen
is. Het lastige is dat je eerst helemaal naar Kisoro moet om het
te regelen. Er is bijna nooit direct plek en dan moet je daar wachten
(niets te beleven) en op en neer rijden (geen fijne weg). Soms kan
Ivan, van de Bunyonyi Overland Camp nabij Kabale wel wat voor je
regelen. Let wel op, je bent pas zeker van een plaats als je een
bonnetje hebt met je aanbetaling van 50$. Als ze in Kampala of Kabale
via de radio voor je reserveren, reken er maar niet op dan je dan
plek hebt.
De bewaking is enorm (8 soldaten cq rangers), je mag precies een
uur bij de gorilla's blijven op een afstand van vijf meter en je
krijgt nooit de garantie dat je ze ziet. Maar als je ze ziet, dan
is het een onvergetelijke ervaring.
Visum
Een visum voor Oeganda kost officieel 30 $ en is gewoon verkrijgbaar
aan de grens (of bij aankomst op het vliegveld). Als je geluk heb
geven ze je drie maanden (maximum). Wij hebben een studentenkorting
geregelt, dan betaal je 20 $, maar toen kregen we ook maar een maand.
Eigen vervoer
Zoals in veel landen in Afrika, is het ook in Oeganda ideaal om
eigen vervoer te hebben. Er rijden natuurlijk bussen en matatu's,
die bijna alle plaatsten wel aandoen, maar er gebeuren ontzettend
veel ongelukken. Nationale Parken zijn niet te bereiken met het
openbaar vervoer en er is geen vervoer in de parken. Lopend mag
je er bijna nooit in. Kortom, een eigen auto is perfect. Wij hebben
een auto met Kenisiaanse platen en geen carnet. Je papieren laat
je achter bij de grens, de formaliteiten een beide kanten nemen
ongeveer twee uur in beslag. In Oeganda moet je 20$ roadtax betalen.
De doorgaande wegen zijn vrij redelijk, maar zodra je van je hoofdroutes
afwijkt zijn het slechts dirtroads die het onmogelijk maken om harder
dan 40 km te rijden. Behalve bussen en matatu's, waarvoor je erg
moet uitkijken, is er weinig verkeer op de weg. De bewegwijzering
is nihil en goede kaarten en reisgidsen zijn wel een voorwaarde.
Benzine is goed verkrijgbaar, maar wel erg duur. Voor in de parken
is het verstandig om wat jerrycans bij je te hebben. Reservebanden
zijn ook een must, zeker als je een beetje bushy tracks doet in
de parken.
top
|