Reisinformatie over Kenia.

Grensverleggend Kenia

Kenia vormt het knooppunt van Oost Afrika. Behalve dat we echt rond hebben gereisd in Kenia, hebben we ook het een en ander gezien op doorreis naar buurlanden. Net zoals in veel Afrikaanse landen vormt de natuur de hoofdmoot van de toeristische attracties. Als je er wat langer bent, ga je de gevarieerdheid van het land zien en de mensen steeds meer waarderen. Lezerstip: Ik droomde van Afrika van Kuki Gallman.

De route
We zijn ingevlogen op Nairobi. Vanuit hier hebben we tochten gemaakt naar Oeganda en Tanzania en daarbij stukken van Kenia doorkruist. Daarnaast hebben we in centraal Kenia rondgereisd, waarbij we vele bezienswaardigheden hebben bezocht.

Nairobi
Het is zonder meer waar wat alle verhalen zeggen, Nairobbery is een betere naam. Grote voorzichtigheid is geboden, ook gedurende de dag. Met de nodige voorzorgsmaatregelen zijn er echter best een aantal leuke bezienswaardigheden te vinden in Nairobi en aan de rand van de stad. Wat betreft het voorzieningenniveau, doet Nairobi niet onder voor de gemiddelde westerse stad, alles is er te koop.

Accommodatie: Voor de backpacker en degene met eigen vervoer, is de Upperhill Campsite een absolute aanrader. Betaalbaar, gezellig en een ontmoetingsplaats van reizigers. Behalve een kampeerterrein zijn er ook twee kamers (800 ksh), een dorm (300 ksh pp) en een zolder (200 ksh, eigen slaapspullen nodig). Er is een restaurant en een telefoon die je kunt gebruiken en je kunt hier van alles regelen. De boel wordt gerund door Melia (ja, een Nederlandse). De enige budgetaccommodatie in de stad is het Dolat hotel. Ziet er prima uit, maar er komen niet zoveel mensen. Daarna schieten de prijzen omhoog, voor een goede maar enigszins jaren zeventig aandoende accommodatie - het Boulevard Hotel- betaal je zeker 80 dollar!

Eten: Het blijft goedkoper om zelf te koken, als je tenminste niet te veel westerse producten koopt bij de goed gesorteerde supermarkten. Op de Upperhill Campsite kun je prima eten en nog wel betaalbaar. In het centrum zit de bij een ieder bekende Trattoria, een heerlijk Italiaans restaurant. Natuurlijk mag een bezoekje aan de Carnivore niet ontbreken. In deze luxe vreetschuur kun je onbeperkt vlees eten, waarvan minimaal drie soorten game. Een Zebralapje is niet te versmaden!

Email: Er zijn emailvoorzieningen genoeg in Nairobi, maar prijs en kwaliteit verhoudingen verschillen enorm. Sowieso is de tendens dat het web in de ochtend wat sneller werkt. Wij zijn vaste bezoeker van Browse Internet. Dit zit op de vierde verdieping van het kantoorgebouw direct rechts van het Hilton Hotel. Dit kost 300 ksh per uur. Een goedkopere variant zit in de Arcade (180 ksh per uur), maar de apparatuur is niet optimaal.

Bezienswaardigheden: Het National Museum is zeker de moeite waard. Het duurt geen uren, maar de schilderijen van Joy Adamson zijn prachtig en de dieren gallerij is ook leuk om te doen. In het centrum van Nairobi is het wel aardig om op het dak te gaan van het Kenyatta Conference Centre, die een prachtig uitzicht geeft over Nairobi en omgeving. Even vragen bij de ingang, dan loopt er wel iemand met je mee. Ook de Citymarket schijnt aardig te zijn (souvenirs) Een aanrader is ook de Elephant Orphanage, die op het grondgebied van het Nairobi NP zit. De Sheldrick Trust rehabiliteert onder andere kleine olifantjes, die tussen 11 en 12 uur te zien zijn omdat ze gevoerd worden. De ingang is wat lastig te vinden, rij alle ingangen van het park voorbij, totdat er een ingang komt voor onderhoud cq management en volg daar de bordjes met Sheldrick. Er is ook een Giraffencentrum, waar je op giraffen-ooghoogte deze prachtige beesten kunt voeren. Eigenlijk bedoeld voor kinderen, maar ook voor jezelf erg leuk. Dit Giraffen centrum zit vlakbij het huis cq museum van Karen Blixen (Out of Africa). Ook dat is aardig, een klein maar interessant huis en een prachtige tuin.

Verder is Nairobi NP een aardig park. Veel dieren zo dicht bij de stad. Alles behalve olifanten en de meeste dieren laten zich hier ook redelijk fotograferen.

Vervoer: De beste en veiligste manier om je te vervoeren in Nairobi is de taxi. Deze zijn echter erg duur. Van de camping naar het centrum betaal je 250 ksh, een bestemming buiten het centrum kost al snel 400 en het vliegveld 800 tot 1000 ksh. Het gebied waar alle lange afstandsbussen vertrekken (Riverstreet) is een van de onveiligste gebieden. Ga een kaartje kopen zonder ook maar een tas bij je te hebben en als je de bus zelf gaat nemen, laat je per taxi afzetten.

Masai Mara NP
Een van de bekendere parken in Kenia en ook zeker de moeite waard. In het hoogseizoen waarschijnlijk erg druk, maar in het laagseizoen goed te doen. Alle dieren kun je hier zien en er schijnen met name veel leeuwen te zitten (geen garantie dat je die ziet, zeker niet als je met eigen vervoer bent). De afstanden binnen het park zijn redelijk te doen. Ook buiten het park kun je al heel erg veel dieren zien.

Accommodatie: Natuurlijk zijn er de nodige dure lodges in en buiten het park. Dus bij voldoende geld is er keuze genoeg (Serena is erg mooi). Net voor de Sekenani ingang gaat een weg cq pad naar links. Daaraan liggen meerdere tented camp. De allerlaatste op het rijtje, Mountain Rock ofwel Mara Tented Camp ziet er erg netjes uit (800 pp) en je kunt ook je eigen tent opzetten (400 pp). Goed sanitair, alleen jammer dat het restaurant bijna altijd gesloten is, dus je moet eigen eten bij je hebben. Een olielamp en een thermoskan met heet water behoren wel tot de mogelijkheden.

Eten: In het park zijn weinig mogelijkheden om te eten, dus het is beter als je zelf eten bij je hebt. Wil je een keer flink geld uitgeven, de Serena Lodge heeft een lunchbuffet, waar je voor 1040 pp aan deel kunt nemen (cola is 90 ksh hier). Erg goed.

Vervoer: Je hebt een eigen auto nodig, anders kun je het park niet in. Het alternatief is een georganiseerde safari. Zie hiervoor het kopje Tips en wetenswaardigheden hieronder. Vanuit Nairobi is het zeker wel een halve dag rijden.

Naivasha
Op een uurtje rijden van Nairobi ligt het dorpje en het gelijknamige meer, Naivasha. Een rustig klein plaatsje met wat voorzieningen (tanken, supermarkt etc). Maar de interessante dingen bevinden zich verspreid langs het meer.

Accommodatie: De meeste overlanders gaan naar Fishermans Camp. Dat er prima uit ziet. Direct daarnaast zit de Fish Eagle Inn en ook zij hebben een campsite (ook 200 pp) en een dorm (400 pp). Het is hier een stuk rustiger en het sanitair is prima. De kamers zijn veel te duur, maar als campinggast mag je tegen betaling wel het zwembad gebruiken. Het restaurant is middelmatig (qua prijs en kwaliteit). Ook op Fishermans Camp is een restaurant.

Eten: Het lekkerste kun je eten in Naivasha zelf, bij La Belle Inn. Het is aan de doorgaande weg en heeft een ruime veranda. Het is niet het aller goedkoopste, maar wel erg lekker en grote porties. Verder kun je bij bovenstaande campsites eten.

Bezienswaardigheden: Erg leuk om te doen is het bezoeken van het huis van Joy Adamson, op 5 minuten rijden van de campsites. Elke dag tussen 3 en 6 kun je daar terecht voor een high tea, een video en de bezichtiging van haar huis (je moet er een beetje op tijd zijn, anders is de video al begonnen). Ze voeren ook de Colobus aapjes in de tuin, zodat je deze van dichtbij kunt zien. Een andere aanrader is het kratermeertje. De toegang ervan ligt net iets voorbij de laatste ingang naar het Hellsgate Park. Het is prive-eigendom en niet duur. Je kunt met je auto naar de kraterrand voor een prachtig uitzicht. Je kunt naar beneden wandelen alwaar je een restaurantje hebt waar je prima kunt lunchen en waar je heerlijk zit in de tuin met de flamingo's in het meer. Je kunt hier ook wandelen. Kan alleen met eigen vervoer.

Wat wij niet hebben gedaan, maar wel leuk schijnt te zijn, is het Hellsgate Park. Niet enorm veel dieren, maar je mag hier bijvoorbeeld doorheen fietsen en in de kloof kun je ook wandelen (Fishermans Camp verhuurt fietsen van lokale eigenaars).

Vervoer: Er rijden doorgaande bussen langs Naivasha en dan moet je met een taxi of een matatu naar de campsite. Met eigen auto is het slechts een uurtje of wat rijden vanaf Nairobi zowel de oude weg (in de vallei) als de nieuwe weg (maar langs de rand) zijn erg mooi.

Nakuru
Een stad, een meer en een National Park. Nakuru is een van de grotere steden van centraal Kenia en er is van alles te koop. Ik geloof niet dat er echt bijzondere dingen in de stad te zien zijn.

Accommodatie: In het park zijn een paar campsites en die kosten ongeveer 8 $ per persoon per nacht evenals veel duurdere lodges. Wij hebben wel een goedkopere plek ontdekt, net voor de Lanet ingang. Eenvoudige kamers rondom een binnenplaats en je kunt ook je eigen tent opzetten. Je kunt de keuken gebruiken en er zijn warme douches. Er wordt nog wel aan gebouwd. Er valt ook wel iets te regelen met eten als je niets bij je hebt, mits je niet te laat aankomt.

Bezienswaardigheden: Boven de stad ligt de Menengai krater, de grootste krater van Kenia. Het is wel aardig om hier even naar boven te rijden (geen openbaar vervoer), al is de weg stijl en stoffig. Grootste bezienswaardigheid is het Nakurupark, maar wij zijn daar niet in geweest. Toch zijn de meeste mensen daar wel enthousiast over. Laat je tent hier overdag niet staan, want die wordt onmiddellijk gesloopt door bavianen.

Als je alleen flamingo's wilt zien, is het Elmenteita meer, vlak voor Nakuru komende vanaf Naivasha ook heel aardig (te zien vanaf de weg).

Vervoer: Er is een treinstation, maar ik heb geen idee of er ook wel eens een trein rijdt. Er rijden veel doorgaande bussen naar Nakuru en het is tevens het traject tussen Nairobi en Eldoret (Nakuru ligt halverwege), waar per week gemiddeld 100 mensen omkomen door busongelukken. Als je met eigen vervoer gaat: de kwaliteit van de weg varieert nogal, er wordt wel aan gewerkt.

Eldoret
Een aardig plaatsje waar alle voorzieningen aanwezig zijn. Het heeft een groot verzorgingsgebied in centraal Kenia. De enige bezienswaardigheid in of bij de stad is de kaasfabriek (wij zijn hier niet geweest, maar dat schijnt wel leuk te zijn). Het is ook een aardige tussenstop als je op doorreis bent, bijvoorbeeld richting Oeganda.

Accommodatie: Er schijnt een camping te zijn, zo'n 20 km voor Eldoret vanuit de richting Nairobi. Er komen veel overlanders en de verhalen wisselen (leuk, maar ook vreemd en verlaten) Een prima hotel in het centrum is het New Lincoln. Je kunt je auto voor de deur zetten op een redelijk beschermde parkeerplaats. De kamers zien er leuk uit en kosten 800 ksh voor twee personen (inclusief een prima ontbijt). Het restaurant is prima alleen is de bar in het weekend een beetje rumoerig.

Eten: Het restaurant van het New Lincoln Hotel is prima, ook voor een lunchstop (maar niet speciaal of zo).

Vervoer: De doorgaande weg van Nairobi naar Oeganda loopt via Eldoret. Het stuk tussen Naivasha en Eldoret is niet geweldig. Het stuk tussen Eldoret en de grens is vrij goed. Er gaan genoeg doorgaande bussen, er verongelukken er echter ook elke week.

Kericho
Temidden van vele hectares theeplantages ligt Kericho. De omgeving is mooi, maar het weer is zoals in alle theegebieden klote. Regen en mist in bijna elk jaargetijde. In het dorp zelf is niets te beleven. Het zou een overnachtingsplaats kunnen zijn op weg naar Kisumo. Wij hebben het dorp niet echt verkend.

Accommodatie: Wij hebben overnacht in het Mid-West Hotel. Als water, elektra en restaurant beschikbaar zijn, is het geen onaardige optie. Maar deze voorzieningen laten het nogal eens afweten en dan is 2000 ksh voor een kamer (incl. ontbijt) aan de hoge kant.

Kakamega
Een dorp en het enige stukje regenwoud dat je in Kenia kunt vinden. Het dorp hebben we niet bezocht maar het regenwoud is erg leuk om te bezoeken. Er zijn ter plekke gidsen te regelen die je mee kunnen nemen het regenwoud in.

Accommodatie: Er is een luxe mogelijkheid in het bos, Rondo Retreat. Bijzonder fraai aangelegd tegen fikse prijzen. Er is ook een hele basic optie, het resthouse. Een huis op palen, met badkamers die op instorten staan en geen elektra oid. Erg goedkoop, 400 voor een kamer van twee personen. Je kunt hier ook je tent opslaan. Wel een prachtig plekje.

Eten: In de buurt van het Resthouse zit een hutje, alwaar je bij Suzie wat kunt eten. Een eenvoudige lunch is altijd wel beschikbaar, eventueel avondeten moet je 's middags als bestellen/betalen. In het Rondo Retreat maken ze volledige maaltijden.

Bezienswaardigheden: Kakamega is geen National Park en je hoeft dan ook geen entree te betalen. Bij het resthouse bevindt zich ook het kantoortje van de gidsen en je kunt hier voor 100 ksh per persoon per wandeling een gids meenemen. Er zijn meerdere routes mogelijk, maar het is volgens mij lastig om rond te lopen zonder gids. Onze gids, David, wist erg veel te vertellen en heeft ons veel laten zien.

Vervoer: Er is alleen te komen met eigen vervoer (4WD in regentijd). De wegen er naartoe zijn allemaal redelijk goed, behalve daar waar je echt het bos in gaat. Met name de weg vanaf het dorpje Kakamega is erbarmelijk, beter is de weg vanaf Kapsabet/Webuye.

Marigat (Bogaria en Baringo meren)
Het dorpje stelt niet zo veel voor, maar het is wel een aardige eenvoudige nederzetting. Er zijn wel wat kleine winkeltjes en een benzinepomp. Er is geen specifieke reden om het dorp elf te bezoeken, het is meer een overnachtingsplaats bij een bezoek aan de Bogoria en Baringo-meren. Hoewel je bij beide meren ook overnachtingsmogelijkheden hebt.

Accommodatie: De Marigat Inn heeft eenvoudige maar prima kamers. Er is (meestal) elektra en warm water. Je kunt er eten als je het op tijd laat weten en je kunt er lekker buiten op een soort terrasje zitten. De auto kan op een beschermde parkeerplaats staan. Het kost 550 voor twee personen. Direct bij de parkingang van Bogoria is een goedkoop hotel en een paar km ervoor een hele dure. Van Baringo weten we dit niet precies.

Eten: Je kunt bij de Marigat Inn eten, de keuze is beperkt en je moet het op tijd laten weten. Het is erg goedkoop. Als je zelf zou willen koken, zijn er in het dorp wel wat groenten te koop.

Bezienswaardigheden: Het Bogoria meer is erg mooi en ligt op 20 km ten zuiden van Marigat. Behalve de aparte zoutvorming en flamingo's (die je bij meer meren in Kenia hebt) vormen met name de geisers een bijzonder element. De geisers zijn best hoog en erg indrukwekkend, zeker als je zoiets nog nooit hebt gezien. Het is tevens een wildpark, maar veel zie je daarvan niet. Behalve de toegang vanaf Marigat en de weg naast het meer zijn alle wegen in en naar het park zeer slecht. Zelfs op weg naar het zuiden zijn we eerst terug gereden naar Marigat. Het is niet zo'n duur park. De flamingo's en geisers kun je in een halve dag bekijken. Het Baringomeer schijnt ook aardig te zijn, maar daar zijn wij niet geweest. Het ligt op zo'n 50 km vanaf Marigat naar het noorden

Vervoer: Waarschijnlijk zijn eigen vervoer of een tour de enige mogelijkheden om dit te doen. Het park mag je in elk geval niet in zonder auto. Marigat is waarschijnlijk wel te bereiken met matatu's, maar het zal wat lastiger zijn om hier een auto te regelen om naar het meer te komen

Nyaharuru
Het plaatsje zelf is erg klein en men komt hier eigenlijk alleen maar voor de Thomson Falls. Die zijn wel aardig, maar niet heel indrukwekkend. Het beste zijn ze te zien vanaf de Thomsom Falls Lodge. Hier kun je prima eten, je tent opzetten en ze verhuren ook appartementen (waarschijnlijk wel erg duur). Veel souvenirstalletjes zijn hier ook vertegenwoordigd. Je kunt ook naar beneden lopen en de 72 meter hoge waterval van daaruit bekijken, maar dat hebben wij niet gedaan.

Nanyuki
Hoewel Nanyuki te boek staat als schattig plaatje, heeft het op ons een mistroostige indruk gemaakt. De zogenaamde koloniale sfeer hebben wij in de hoofdstraten niet terug kunnen vinden. De weg ter hoogte van Nanyuki is bovendien bijzonder slecht, hoewel er wel aan werd gewerkt. Net ten zuiden van Nanyuki ligt de evenaar. Een klein bord en 100 (dure) souvenirstalletjes markeren dit punt.

In de 'buurt' van Nanyuki liggen een aantal particuliere ranches, zoals de Ol Pejeta, Lewa Downs en de El Karama Ranch. Accommodatie hier is meestal bijzonder luxe en duur. Soms kun je hier echter ook voor een dag heen en deze prive parken zitten vaak (van oudsher nog) boordevol dieren.

Timau (Mt Kenia)
Het dorpje is niet meer dan een rijtje hutjes langs de doorgaande weg. Vanaf deze zijde heb je echter een prachtig uitzicht op Mount Kenia. Ook is de Timau River Lodge al een bezoek op zich waard. Tussen Nanyuki en Timau bevindt zich de toegang naar de Sirimon poort van het Mt Kenia park en dit vormt tevens het startpunt van de Sirimonroute om de berg te beklimmen (van de drie routes die geschikt zijn voor onervaren klimmers, schijnt dit de mooiste te zijn).

Accommodatie: Net voorbij Timau dorp (komende vanaf Nanyuki) vindt je naar rechts de afslag naar de Timau River Lodge. De blokhutten zijn duur, maar niet absurd in vergelijking met andere Kenisiaanse prijzen (2400 ksh per persoon in laagseizoen). In principe zijn de prijzen op basis van full board. Er is ook een prima kampeerterrein bij en alle voorzieningen zijn goed en stijlvol aangelegd. Mooie tuin, maar pas op voor de baviaan! Eigenaar Wason is erg behulpzaam

Eten: Je kunt eten in het restaurant, hetgeen prima is. Als je kampeert moet je of zelf eten meenemen, of bij aankomst een deal sluiten voor in het restaurant.

Bezienswaardigheden: Natuurlijk kun je vanuit hier Mt Kenia zien, beklimmen of gewoon wandelen aan de voet van deze berg. Er zijn ook kamelen waar je tochtjes mee kunt maken. Ook kun je vanuit hier een aantal prive ranches bezoeken, of Samburu National Park

Vervoer: Timau ligt aan de doorgaande weg van Nairobi, via Nayuki naar Isiolo (laatste grote stad op weg richting noorden, cq Ethiopië). Er rijden bussen, dus het zou mogelijk moeten zijn om je hier af te laten zetten. Het is echter nog wel een stukje lopen naar de Lodge vanaf de weg. Misschien is het handiger om vanaf Nanyuki een taxi te nemen. Maar het handigst voor de lodge en het verkennen van de omgeving is eigen vervoer. Timau ligt 20 km vanaf Nanyuki.

Thika
Eerlijk toegeven, het plaatsje Thika hebben we niet echt gezien. Ons doel was de 14 Falls en die zijn wel de moeite waard. Vanaf Thika toch al snel drie kwartier rijden, waarvan het laatste stuk over redelijke dirt. De watervallen vormen een halve ronding, met daarin allemaal hoefijzervormige uitstulpingen. Je kunt ook een boottochtje maken, maar dat hebben wij niet gedaan. Je zou dit in een halve dag kunnen doen vanaf Nairobi, want Thika ligt op nog geen uur rijden vanaf Nairobi. De kosten zijn te verwaarlozen en de watervallen staan redelijk goed aangegeven.

Mombasa
Een aardige stad om een dag of een halve dag rond te lopen. Met name het gebied rond Fort Jesus, het fort zelf en het oude Mombasa is leuk om te doen. Het nadeel is wel dat het mooie oude Mombasa, aan de oude haven, enigszins een verloederde wijk is geworden. Kenmerkend van Mombasa zijn ook de enorme slagtanden over de weg. Souvenir stalletjes zijn er op deze weg, de Moi Avenue, ook meer dan voldoende.

Accommodatie: Over accommodatie in de stad weten we eigenlijk helemaal niets. Zoals de meeste mensen hebben we in een resort aan de kust gezeten, net boven Mombasa. Sun 'n Sand heette onze club en dit is een megaresort waar alles inclusief is (eten, drinken, entertainment etc). Als je dit in het laagseizoen regelt in Nairobi bij Coming to Africa Safaris, dan kost je dat voor vijf dagen met vliegtickets naar Mombasa vanaf Nairobi ongeveer 25000 ksh (de deal is twee dagen met ticket en extra dagen kun je bijboeken). Het is echt zo gaaf als het klinkt en het eten is meer dan geweldig en echt de hele dag verkrijgbaar. Je moet wel om 10 's ochtend uitchecken, dus als je als een echte Nederlander die hele dag nog wilt blijven (omdat je 's avonds pas terug vliegt) dan moet je een extra dagpas kopen (1400 ksh). Aan de weg van Mombasa naar Sun 'n Sand zie je veel van deze resorts en er zit ook een meer budgetaccommodatie tussen.

Bezienswaardigheden: De grootste bezienswaardigheid is het fort. Toegangsprijs is redelijk. Je kunt een gids vragen, maar ze hebben ook prima boekjes te koop waarmee je zelf kunt rondwandelen. Een museum, een souvenirwinkel en een cafeetjes zitten ook op het terrein. Ook buiten het fort, aan de rand van het oude Mombasa, zitten veel souvenirhutjes.

Vervoer: Vanaf het vliegveld naar Sun 'n Sand vragen de taxichauffeurs maar liefst 2500 ksh (afgesproken prijzen). Maar zeker in het laagseizoen zijn er achteraf taxi's die het voor 800 of 1000 ksh doen. Terug vanaf het hotel is moeilijker. Vraagprijs wederom 2500, afdingen lastig (1800). Via het hotel kun je een halve dag op en neer naar Mombasa met een busje (300 ksh pp).

Kosten

De wisselkoers van de Kenisiaanse Shilling (ksh) stond in het voorjaar 2000 op gemiddeld 70 ksh voor een dollar (of iets meer). Je kunt met travellerscheques goed terecht (wel tijdrovende procedure bij de bank) en je kunt bij veel banken contante opnames doen op je credit card (meer visa dan mastercard) en dit kost bijna niets (max. 30.000 ksh). Bovendien kun je pinnen met je bankpasje in Nairobi (max. 20.000 ksh) en ook in de wat grotere steden in de rest van Kenia zijn pinapparaten. Het grote probleem is echter de telefoonverbindingen. In Nairobi kun je negen van de tien keer niet pinnen vanwege deze reden, de rest van het land hebben we niet eens geprobeerd. Het valt niet mee om goedkoop te leven in Kenia, wij hebben gemiddeld ons dubbele budget uitgegeven, namelijk samen zo'n 60$ per dag. Nu hebben wij vrij veel grote dingen gekocht in Nairobi, veel kilometers afgelegd en in korte tijd vrij veel bezocht. Het zou dus wel iets goedkoper kunnen als je het heel rustig aan doet. Zelf koken kan redelijk goedkoop (zonder al te veel westerse producten, 150 ksh pp) en in lokale eetgelegenheden eten kan ook heel goedkoop (200 pp), maar het goedkoopste restaurant tikt meteen aan (minimaal 350 pp of veel hoger). Colaprijzen geven altijd een goede indicatie: 18 a 20 bij een kiosk, 30 op de camping, 40 a 50 op een terrasje of een echt restaurant en 90 in de Serena Lodge in het Masai Mara. Parken zijn prijzig, de meesten kosten 27$ per persoon en nog wat voor de auto. Een keurige kamer voor twee personen in de wat minder toeristische stadjes kost 600 a 800 (soms met ontbijt). Een liter superbenzine kost gemiddeld 49 ksh.

Veiligheid
Kenia en met name Nairobi valt wat mij betreft niet onder de categorie meest veilige landen. Nairobi zelf vormt wel het toppunt en de bijnaam Nairobbery is beslist geen understatement. De belangrijkste regel is om na zonsondergang (schemer en donker) je niet op straat te begeven. Nergens in Kenia en al helemaal niet in Nairobi. Negen van de tien mensen die zich na zonsondergang buiten de poorten van huis, camping of hotel begeven, worden beroofd, bestolen en/of in elkaar geslagen. Nairobi op klaar lichte dag dient ook met de nodige voorzichtigheid te worden betreden. Laat bijna al je geld en je moneybelt achter in je hotel of camping (het liefst in een kluis natuurlijk). Dat zouden wij bijna nergens ter wereld doen, maar wel in Nairobi. Overigens is ook dit niet helemaal safe, maar veiliger dan meenemen. Doe al je sieraden af (zelfs al zijn ze weinig waard), doe je goedkope horloge onder je T-shirt aan de broeksband en draag geen dure kleding. Liefst geen rugzak dragen, maar een plastic tasje met dat wat je perse wilt meenemen. Stop alleen wat handgeld los in je broekzak. Als je niets bij je hebt wat aandacht trekt, je mijdt de foute gebieden (zoals het Riverstreet gebied) en je beweegt je snel en doelgericht (geen half uur met een plattegrond midden op straat gaan staan), dan kan je weinig gebeuren. Je gedrag bepaalt voor een groot deel het risico dat je loopt. Het is namelijk waar dat overdag je ketting wordt afgerukt, gewoon midden op straat. Zelfs brillen schijnen ze nog wel eens van je hoofd te trekken.

Als je perse foto's wilt maken, zorg dan dat je een klein camera-tje bij je hebt in plaats van een grote spiegelreflex. Kijk ook uit op rotondes langs de Uhuru rondweg, met name de Haile Selassie is berucht (lijmsnuivers). Liever niet lopen hier en autoramen gesloten houden. Op zondag is het erg rustig in de stad (geen werkende mensen) en dit is geen goede dag om de stad te gaan verkennen. Vanaf de Upperhill Campsite kun je lopen naar het centrum, maar loop nooit alleen (ook niet met een te grote groep), niet in het donker/op zondag en neem niets mee. Moet je ergens anders zijn dan het centrum, dan is het al snel aan te raden om een taxi te nemen (niet goedkoop). Ook als je 's avonds ergens wilt gaan eten, is een taxi aan te raden (zelfs als je een eigen auto hebt). Overdag kun je wel met je eigen auto naar de stad, mits die zichtbaar leeg is. Zo niet, dan kan er beter iemand bij blijven. De gebieden rond het Hilton zijn betaald parkeren, maar naar ons idee het meest veilig.

In de rest van Kenia geldt eigenlijk het zelfde. Rijdt of loop niet rond in het donker. Zorg dat je op tijd onderdak hebt. Ben je met de auto, zoek dan campings of hotels waar de auto relatief veilig staat (achter een hek, bewaking etc). Veel hotels en campings hebben een zogenaamde askari, een bewakingsman. Een tweede element van onveiligheid is het verkeer. Ook een reden om niet in het donker te rijden. Kijk uit voor bussen en matatu's. Dat is natuurlijk lastig als dit je belangrijkste transportmiddelen zijn, maar er gebeuren echt dagelijks busongelukken met tig doden en gewonden. Als je in je eigen auto rijdt, moet je voor bussen en matatu's ook echt oppassen. Je kunt beter de berm inschieten als je dat nodig acht, want ze rijden zonder pardon op je in! Reis je met het openbaar vervoer, probeer lange trajecten op te breken of neem de trein (naar Mombasa bijvoorbeeld) als dat mogelijk is.

Tips en wetenswaardigheden

Voor het reizen met overlandtrucks en reizen met je eigen vervoer, zie elders op deze site: hoofdrubriek Inspirerend, sub tips en informatie, de kopjes Overlanders en Eigen vervoer.

Eigen vervoer
Zoals in veel landen in Afrika, is het ook in Kenia ideaal om eigen vervoer te hebben. Er rijden natuurlijk bussen en matatu's, die bijna alle plaatsten wel aandoen, maar er gebeuren ontzettend veel ongelukken. Nationale Parken zijn niet te bereiken met het openbaar vervoer en er is geen vervoer in de parken. Lopend mag je er bijna nooit in. Kortom, een eigen auto is perfect. Wij hebben een auto met Kenisiaanse platen en geen carnet. Je papieren laat je achter bij de grens, de formaliteiten een beide kanten nemen ongeveer twee uur in beslag. In Kenia moet je roadtax betalen zodra je het land binnenkomt en je hebt een verzekering nodig. Omdat wij een Kenisiaanse auto hebben, loopt onze verzekering ook in Kenia, bij de maatschappij The Lion of Kenya (vlakbij de Upperhill Campsite). De verzekering kost ongeveer 6000 ksh voor een heel jaar. Als je de grens over wilt heb je een zogenaamde gele kaart nodig, deze is drie maanden geldig en kost 3500 ksh. Je kunt meerdere kaarten tegelijk kopen. In tegenstelling tot wat ze beweren, is het niet nodig om een medische verzekering erbij te nemen!

De doorgaande wegen zijn vrij redelijk. Hoewel de A-wegen meestal helemaal kapot zijn gereden, zijn de B- en C-wegen vaak in vrij goede staat. Er zijn ook onverwachte stukken dirtroad, dat schiet duidelijk wat minder op. De bewegwijzering is redelijk, al zijn een goede kaart en een reisgids wel een must. Benzine is goed verkrijgbaar, maar het is wel verstandig om een jerrycan bij je te hebben (voor in de parken, voor als er geen elektra is of gewoon voor als de benzine op is).

Visum
Je hebt in Kenia in principe geen visum nodig. Een verblijf van maximaal 4 weken is gratis. Wil je langer blijven, dan zijn er meerdere mogelijkheden. Een multiple entry visum kopen dat drie maanden geldig is en 50 dollar kost. Een andere mogelijkheid is om Oeganda of Tanzania te bezoeken en dan krijg je opnieuw 4 weken (kost je wel een visum voor de andere landen). Een visum voor buurlanden als Oeganda (Mabale) en Tanzania (Namanga) kun je aan de betreffende grens regelen. Een visum voor Ethiopië moet je vooraf regelen bij de ambassade in Nairobi (kan in één dag, maar duurt meestal twee dagen).

Nationale parken
De kosten voor het bezoeken van Nationale Parken in Kenia zijn aanzienlijk. De grote parken kosten voor non-residents 27 dollar per persoon, exclusief de kosten van de auto (500 ksh). De prijzen voor residents liggen veel lager, om daarvoor in aanmerking te komen, heb je een Kenisiaans rijbewijs nodig. Ook zijn er studentenkortingen mogelijk, naast een studentenkaart mag je echter ook niet ouder zijn dan 23 jaar om hiervoor in aanmerking te komen. Met bluffen kom je soms een heel eind, een auto met kenisiaans nummerbord doet al wonderen. Als je met meer personen bent en je vraagt om twee residents en twee non-residents kaartjes, dan lukt dit vrij vaak. De entreeprijs zakt dan van 27$ naar 450 ksh! In bijna alle parken mag je alleen naar binnen als je in een auto zit (met uitzondering van Hellsgate), een eigen/gehuurde auto of een georganiseerde safari zijn dus eigenlijk de enige mogelijkheden. Bijna ieder park heeft overnachtingsmogelijkheden, relatief dure lodges en campings in het park en bijna altijd goedkopere varianten net buiten de poort.

Op doorreis naar buurlanden
De weg naar Tanzania is erg goed, vanuit Nairobi ben je in één dag via de grensovergang Namanga in Arusha. Andere grensovergangen zijn niet altijd open en vaak kun je hier niet ter plekke een visum regelen.

De weg naar Oeganda is redelijk, met name het stuk vanaf Eldoret naar de grens. Als je van Nairobi naar Jinja wilt, heb je wel twee dagen nodig. Eldoret vormt een goede tussenstop. Mabale is de meest gebruikte overgang. Houdt wel rekening met een erg slechte weg tussen de grens en Jinja in Oeganda. Weinig kampeermogelijkheden tussen Eldoret en Jinja (wel kleine 'hotelletjes' hier en daar). De weg naar Ethiopië schijnt bijzonder slecht te zijn. De weg tot aan Isiolo is redelijk (hier en daar slechte stukken), maar vanaf Isiolo wordt de weg slecht en onveilig. De weg is niet echt verhard, maar een pad van rafelige lavasteen met een wasbord relief en gaten. Bovendien onveilig door Somalische bendes en er wordt daarom geadviseerd om in konvooi te rijden. Als je je aansluit bij een konvooi in Isiolo krijg je een gewapende soldaat mee. Het nadeel is dat het konvooi de route in één dag wil afleggen (zeker 15 uur rijden, soms wel 20), met een snelheid die eigenlijk te hoog is voor de auto (met veel schade aan schokdempers en lekke banden als gevolg). Reken één dag voor Nairobi Isiolo en één of twee voor Isiolo naar Moyale.

Er zijn regelmatig problemen in het grensgebied, dus informeer tijdig hoe de zaken ervoor staan. Een visum moet je van te voren regelen. Je moet opgeven hoeveel geld je hebt bij de grens van Ethiopië, zorg dat je hier een afschrift van krijgt (dat heb je weer nodig als je er uit gaat) en dat je verhaal klopt met je wisselbriefjes als je er weer uit gaat (je hoeft niet al je geld op te geven, als alles maar klopt).

Er is een alternatieve route mogelijk langs het Turkana meer. Je kunt deze voor een deel nemen en wel de gewone grensovergang bij Moyale nemen (zware route, maar wat verder van Somalië af, toch beter om niet alleen te rijden). Je kunt ook op deze hoogte de grens over, maar dan kom je in Ethiopië ook echt in de rimboe uit. Minimaal met een aantal auto's tegelijk gaan. Een goede uitrusting is noodzakelijk: eten en drinken voor twee weken, want het is een woestijngebied en dus ook de nodige technische hulpmiddelen (kaarten, kompas, kabels, rijplaten, highlift etc). De grensovergang is niet officieel en je moet langs de immigratie in Addis (of in Nairobi als je de andere kant op gaat).

Voor het openbaar vervoer geldt: in één dag met een bus of minibusje naar Arusha in Tanzania (ongeveer 700 ksh), er gaan nachtbussen vanuit Nairobi naar Kampala in Oeganda (15 uur, kosten onbekend) en er gaan bussen naar Isiolo in één dag, alwaar je een kaartje kunt kopen voor een bus die in konvooi naar Moyale in Ethiopië gaat. Het is ons onbekend hoe het bij de grens zelf gaat (waarschijnlijk nieuwe bus regelen).

Mount Kenia
Het beklimmen van Mount Kenia vormt een aardig alternatief voor de beklimming van de Kilimanjaro. Voornamelijk uit kostenoogpunt. De Kilimanjaro moet je verplicht geheel georganiseerd doen en kost ongeveer 750 dollar per persoon (5 dagen).

Mount Kenia kun je zelfstandig doen, mits je met meer dan één persoon bent. Van de zeven toegangsroutes zijn er drie geschikt voor de minder ervaren klimmer. De kosten bedragen 10 dollar per persoon entree (het is een Nationaal Park) en de hutten kosten 8 dollar per persoon per nacht (sommigen moet je van te voren boeken). Het is overigens nooit onverstandig om een gids mee te nemen, maar een goede kaart is een absolute must. Er zijn hutten, dus een tent is niet noodzakelijk, maar je moet wel eigen eten bij je hebben (en kookgerei). In verband met weersverandering ook regenkleding, thermisch ondergoed en iets voor op je hoofd. Het kan in drie dagen, maar vier of vijf is fijner en verstandiger. Het is mogelijk om een verschillende routes voor heen en terug te nemen (dan moet je wel later je eigen vervoersmiddel bij de gate ophalen, of je vervoer van en naar de gates regelen (is erg duur) of ook deze afstanden lopen (extra dagen incalculeren). De Sirimonroute schijnt het mooist te zijn (voor amateurs), maar niet de gemakkelijkste.

Georganiseerde safari's
Er is volop keuze in safaribedrijven en prijzen en kwaliteit zijn meestal vergelijkbaar. Wij hebben veel mensen gesproken die via Coming to Africa Safari's dingen hebben gedaan. De foldertjes zijn wit met rode letters. Op de Upperhill Campsite kun je hiervan ook informatie krijgen (als Melia naar hun belt, komen ze naar de campsite toe om het te regelen voor je, maar wij denken dat Melia dan wel wat commissie vangt). De meesten waren erg tevreden over deze organisatie (wij hebben via hun de Sun 'n Sand deal in Mombasa gedaan). In het laagseizoen zijn de prijzen voor een safari ongeveer 50$ per dag (dan slaap je in een tent) en 100$ als je in een lodge wilt overnachten (beide buiten het park). Wij hebben geen idee van de prijzen in de parken en van hoogseizoen prijzen, maar die zullen aanzienlijk hoger liggen.

Realiseer je wel dat bij een georganiseerde safari veel tijd nutteloos wordt doorgebracht. Als je drie dagen Masai Mara boekt, dan rijdt je de eerste dag alleen er naartoe. De meeste busjes zitten niet vol en vaak moet je een aantal keren van busje switchen, omdat meerdere organisaties samen een busje vullen. De tweede dag ga je het park in en je ziet vaak wel heel veel (chauffeurs weten waar ze dieren moeten vinden). dag drie bestaat vaak uit wachten tot iedereen verzameld is en dan ben je pas aan het einde van de dag weer terug (zonder eigenlijk nog iets te hebben gedaan of gezien). Ze komen je ook standaard te laat ophalen op de dag dat je vertrekt. Het is beter om hier van te voren maar rekening mee te houden. Naar mijn idee is een gecombineerde safari (bijvoorbeeld 5 dagen Masai Mara, Nakuru en Bogoria) vaak iets meer waar voor je geld.

top