home  mail  inspirerend  kenmerkend  beeldbepalend  grensverleggend prikbord

home

Zambia / Botswana 2/3

vorige / volgende

   
 

Geen vis in de Kalahari

De kracht en de hoeveelheid water is zo immens,dat er een enorme mistwolk boven de watervallen hangt. Die mist slaat onmiddellijk weer neer in vorm van regen. Terwijl ik in het donderende geraas van de Victoria Falls kijk, wordt ik het ene moment drijfnat alsof er een fikse regenbui valt. Maar op andere plaatsen langs de rand is er alleen de ongenaakbare hitte van de zon en prachtige regenbogen als resultaat.

De imponerende Victoria watervallen en de machtige Zambezirivier vormen zeker één van de hoogtepunten van Afrika. Maar er zullen nog meer natuurwonderen volgen de komende tijd.

Livingstone
Vlak voor we Livingstone binnenrijden, signaleert Johan een rare mistwolk boven het verder zo heldere landschap; "Daar zijn de watervallen". Ik speur en speur, maar die watervallen zie ik niet. Livingstone blijkt een klein stadje te zijn, dat barst van de activiteiten. Aangezien dit de uitvalsbasis is voor de Mosi-o-Tunya, ofwel het Zambiaanse deel van de Victoria Falls, is het de enige echt toeristische plek in Zambia. Dit kenmerkt zich door wel drie backpackersverblijven, een internetcafé en een keur van activiteiten: bungi-jumpen, abseilen in de canyon en raften of een boozzcruise op de Zambezi. Zeker nu het een paar kilometer verderop gelegen Zimbabwe zo onrustig is, komen er extra veel toeristen naar Zambia. Niet dat dat echt te merken is. Bij de watervallen is maar één soevenirsmarktje en ik zie slechts een handvol andere bezoekers. Het geraas komt me al tegenmoet en er hangt inderdaad een eenzame mistwolk in de lucht: we zijn bij de Victoria Falls.

Mosi-o-Tunya
Als eerste begeven we ons op de puntige rotsformatie tegenover de watervallen, de knifes-edge. Over het scherpste stuk is een stalen hangbrug gebouwd, die van onder tot boven glibbert van de algen en de mossen. Door de permanente mist heest hier heel lokaal een tropisch regenwoudklimaat. Langzaam glibber ik naar de overkant en de enorme waterval wordt steeds beter zichtbaar. Zo ver als het oog strekt naar beide kanten dendert het water naar beneden. Het stort zich in een kloof van gemiddeld 100 meter diep. Borrelend zoekt het water zich een weg, want er is maar één nauwe doorgang in de kloof waar de Zambezi verder stroomt. De Zambezi is maar liefst 1.7 kilometer breed op het punt waar hij naar beneden stort. Hoewel je vanaf de Zambiaanse zijde slechts tweevijfde van de hele waterval kunt zien, is het al een enorm schouwspel. In de mist ontstaan de meest prachtige regenbogen.

Uitzicht in niemandsland
Langs de hele rotspartij loopt een mossig pad, een reling ontbreekt bijna overal en eigenlijk vind ik het best een gevaarlijke tocht. Zo hier en daar krijgen we weer even een stortbui over me heen en moet ik maneuvreren om foto's te maken zonder druppels op de lens. Onderaan het einde van de rotspartij is de doorgang van de rivier, aan de overkant zie ik twee mensen in Zimbabwe staan. Hetzij zonder veel veiligheidsmaatregelen zijn de watervallen wel aan alle kanten toegankelijk gemaakt. Ik geniet van het uitzicht aan de rivier, vlak voordat deze naar beneden stort, maar ook lopen we achter de rotswand de canyon in. Door de eeuwige mist en hitte staan hier de meest prachtige palmbomen. Het pad houdt op bij de 'boiling pot', de plek waar het kolkende water de smalle doorgang wordt ingeperst. Tenslotte nog even een totaaloverzicht vanaf de brug tussen Zambia en Zimbabwe. Een briefje van de douane maakt het mogelijk even van het uitzicht in Niemandsland te genieten.

Slurf in de wind
Om het Livingstone-gevoel nog wat verder op te wekken, rijden we door het nationaal park langs de Zambezirivier. Vrijwel direct raken we verzeild in een kudde olifanten die aan het baden en drinken is. We staan zo dichtbij dat ik ze kan horen kauwen en kan zien hoe selectief ze met hun slurf de lekkerste takjes oppikken. Tot er opeens een heel groot mannetje op ons afkomt, die net wat ruzie heeft lopen maken met een andere olifant. In een agressieve pose recht voor onze auto trompettert hij luid met zijn slurf in de wind. Heel voorzichtig zet Johan de auto een beetje naar achteren. Na een laatste gevaarlijke blik, loopt hij tussen de bomen door weg. Ik denk even dat hij drie achterpoten heeft, maar het blijkt een erectie te zijn zo groot als een boomstam!

Autoferry
Via dezelfde Zambezi verlaten we Zambia. Een kleine ferry, waar net vier auto's op kunnen, brengt ons over naar Botswana. De mevrouw van de douane vertrouwt onze autoverzekering niet helemaal, maar Johan houdt vol dat hij nu geen geld heeft. De mevrouw drukt hem op het hart dat hij dan bij het verlaten van Botswana toch echt alsnog de Botswana-autoverzekering moet kopen. Tegen het vallen van de avond arriveren we in de Nata sanctuary. Nog net op tijd om de zonsondergang boven de Sue zoutpan mee te pikken. Zo snel mogelijk rijden we door de ziltige savanne. Als we uiteindelijk aan de rand van de pan staan, blijkt dat een groot meer te zijn. Het blijft een mooi uitzicht, maar het is niet de stoffige, uitgestrekte zoutpan die we in ons hoofd hadden.

Unicum
Het schijnt dat de regenval dit jaar lang en heftig is geweest en dan veel meer gebieden zijn overstroomt dan normaal. Het is zeker vijftien jaar geleden dat de Sua Pan heeft ondergestaan. Heel uniek zegt men. Ik had'm toch liever droog gezien! Onze expeditie dwars door deze zoutpan moeten we dus helaas afblazen. Toch willen we nog een poging doen. We rijden verder naar Gweta en informeren daar naar de situatie van de Ntwete Pan. Soms is het erg irritant dat je geen goede informatie kunt krijgen, of men weet niet eens hoe de situatie vijftig kilometer verderop is, of men zegt maar wat. We rijden een uur lang door het gehucht Gweta, vragen het na bij hotels, de supermarkt, de politie, het tankstation, maar niemand kan ons een duidelijke weg wijzen, noch vertellen of de zoutpan een zoutpan is.

Spoorzoeken
Op goed geluk gaan we rijden en al snel merk ik waarom niemand ons dé juiste weg kan wijzen. Het krioelt van de bandensporen. Elke honderd meter moet er weer een keuze worden gemaakt, links of rechts. Een beetje nattevingerwerk en een beetje op kompas, probeert Johan telkens de meest bereden variant te nemen. De paden zijn echt niet meer dan vage bandensporen. Rul zand maakt plotseling plaats voor scherpe rotsen en zo nu en dan lijkt het spoor dood te lopen in de bush of een grasland. Ik betwijfel eerlijk gezegd of we die zoutpan ooit bereiken, maar de omgeving is zeker al de moeite waard. Kniehoog savannegras, acaciabomen met hun platte kruin en veel vogels. De Geelbekneushoornvogels met hun grote gele snavel en de Lilacbreasted rollers met hun kleurige verenpracht vliegen af en aan.

Onverwacht gezelschap
Johan gaat maar eens een foto maken van de auto in het hoge gras. Hij loopt een flink eind de savanne in en zoekt uitgebreid naar een mooie shot. Geen idee heeft hij van het paar jackhalzen dat links van hem komt aanrennen in het hoge gras. Druk gebarend probeer ik hem duidelijk te maken dat hij niet de auto moet focussen, maar opzij moet kijken. Als de jackhalzen schuin achter hem zijn, heeft hij het door en komt hij als een haas naar de auto terug gesprint. Je moet ook altijd op je qui vive zijn hier. Opeens zitten we midden in een soort dorpje. Paarden zijn hier in de Kalahari het geijkte vervoersmiddel en we hebben dan ook even het gevoel dat we in het wilde westen zitten. Zwarte, vuile cowboy gezichten kijken ons zwijgend aan. De paarden schrapen hun hoeven. Van achter de rieten schutting gebaren ze dat we rechtdoor moeten rijden, tenminste, dat denken we uit de gebaren te kunnen afleiden.

Zout op mijn huid
Gewoon rechtdoor komen we terecht op de plaatselijke mesthoop en hier staan helemaal geen bandensporen meer. We volgen nu een spoor van paardenhoeven en komen daarmee uiteindelijk weer op een 'doorgaande' track uit. De enorme baobab bomen die ons pad zouden moeten kruisen, zien we ook al niet. Stug doorrijden totdat we veertig kilometer verder zijn, want dan moet volgens de kaart de zoutpan beginnen. Je houd het niet voor mogelijk, maar veertig kilometer verder begint de savanne kale witte plekken te vertonen en groeien er geen bomen meer. Vrij plotseling nog, rijden we het grote witte niks in. Een voor het oog onmetelijke vlakte van uitgedroogde en verzilte modder. We volgen de sporen die verder de pan inleiden en werpen daarmee een stofwolk achter ons op.

Luchtspiegelingen
Geen enkel houvast, geen enkel oriëntatiepunt. De extreme hitte en het felle licht geeft het geheel een bijna etherische schoonheid. We zien luchtspiegelingen van eilanden. Of zijn het echte eilanden in de zoutvlakte die lijken te drijven aan de horizon? Ik zal het nooit weten, want onze voorraad water en eten is niet voldoende om het risico te nemen dat we verdwalen op deze zoutvlakte. Ondanks dat dit te boek staat als een 'doorgaande route', besluiten wij dat het beter is om terug te rijden. Als je aan alle kanten hetzelfde uitzicht hebt, raak je gemakkelijk je richtingsgevoel kwijt. Het is in elk geval een unieke ervaring. Als we terug rijden valt ons ook ineens de enorme baobab op, die boven het vlakke land uittorent. Een markant punt, dat zeker vroeger veel gebruikt werd als baken in een land zonder veel herkenningspunten. De Chapman's Baobab is reusachtig en meet zeker ruim 25 meter in omtrek. Een prachtige typisch Afrikaanse boom.

We zijn nu klaar voor het volgende natuurwonder, op naar Maun voor een bezoek aan de Okanvango Delta. Maar eerst de nodige checkpoints, geen politiecontroles, maar van een heel ander soort. Eerst treffen we een mongool met een netje langs de weg aan. Weinig vissen in de Kalahari, denk ik nog. Maar het is een serieuze aangelegenheid en meneer steekt zijn kop in onze auto op zoek naar tsetsevliegen. Er valt niets te vangen. Bij de volgende check krijgen we een controle op mond- en klauwzeer. Met onze schoenen door een desinfecterend badje en ook de autobanden worden ontsmet. Daarna nog een paar buffalohekken en wildroosters en de vraag of we levende dieren vervoeren en dan zijn we eindelijk in Maun.

top

home  mail  inspirerend  kenmerkend  beeldbepalend  grensverleggend