Bijtende bavianen (21/05/00)
Zodra we de River lodge binnen rijden, springt er een
baviaan op de auto. 'Leuk' denkt iedereen eerst nog. Behalve ik,
ik heb het niet zo op apen. Meteen begint de aap aan de ruitenwissers
te trekken. Dan vindt ze een los eind tape, waarmee Johan zo keurig
de dakrand van de auto heeft afgeplakt. Telkens als we even niet
kijken, trekt ze er met een scheurend geluid weer een stuk af. Als
je haar probeert weg te sturen, laat ze onmiddellijk haar tanden
zien. Apen zijn beslist gevaarlijker dan de ergste waakhonden.
lees verder
|
|
Daktari (14/05/00)
Ik wurm me net onder mijn klamboe als de zaklamp kapot gaat. Het
is meteen pikdonker. We zitten midden in het Kakamega regenwoud
en in ons huis op palen is geen electra. Johan scharrelt rond op
zoek naar een kaars, met een stompje loopt hij naar beneden om een
reservelamp uit de auto te halen. Direct wordt hij aangeklampt door
één van de vrouwlijke boswachters. Haar moeder is ernstig ziek en
moet spoedig mogelijk naar het ziekenhuis. Dilemma.
lees verder
|
Pimmetjes op Safari (12/05/00)
Het is al bijna donker als we voor de tweede keer het terrein van
'Mountain Rock Camp' oprijden, of is dit toch 'Mara Tented Camp'.
We worden nu ontvangen door een man in militaire kledij, die echter
verdacht veel lijkt op het Maasai mannetje dat hier een half uur
geleden stond. De roodgeruite deken is verruild voor een groene
bloes en hij heeft zijn oorbellen uitgedaan. Om te voorkomen dat
zijn uitgerekte oorlellen langs zijn gezicht zwabberen, heeft hij
er maar een knoop ingelegd.
lees verder
|
Nairobbery (09/03/00)
Met een groepje van een man of vijf lopen we vanaf de camping het
centrum van Nairobi in. Al kletsend kijken we uit naar een supermarkt.
Tot we opeens een schreeuw horen. Eén van de meiden is zojuist haar
kettinkje kwijtgeraakt. Al lopende werd haar haar opgetild, het
kettinkje afgerukt en de daders waren er vandoor. Het is midden
op de dag, het is vol met mensen in een net deel van Nairobi. Een
paar seconden en het is gebeurd.
lees verder
|
|