Pimmetjes op Safari
Het is al bijna donker als we voor de tweede keer het
terrein van 'Mountain Rock Camp' oprijden, of is dit toch 'Mara
Tented Camp'. We worden nu ontvangen door een man in militaire kledij,
die echter verdacht veel lijkt op het Maasai mannetje dat hier een
half uur geleden stond. De roodgeruite deken is verruild voor een
groene bloes en hij heeft zijn oorbellen uitgedaan. Om te voorkomen
dat zijn uitgerekte oorlellen langs zijn gezicht zwabberen, heeft
hij er maar een knoop ingelegd.
Ook zijn antwoorden zijn hetzelfde, "ja" op elke campingnaam die
we noemen. Of we nu wel of niet in het door ons gezochte 'Mountain
Rock' zijn, op dit tijdstip hebben we weinig keuze en we besluiten
hier maar te blijven.
Hakuna Matata
We vertrekken eigenlijk een beetje te laat, maar al het regelwerk
neemt in Kenia meer tijd in beslag dan gepland. De pinapparaten
zijn weer eens en masse buiten werking (door de slechte telefoonlijnen
van Kenya Telecom) en de mevrouw van het reisbureau komt niet opdagen
op de afgesproken tijd. Hakuna Matata, zeggen de Afrikanen, oftewel
don't hurry, don't worry. Pas na lunchtijd rijden we Nairobi uit.
Bijna direct komen we in de Riftvalley terecht. Een uitgebreid stelsel
van breuklijnen in de aardkorst, waardoor immense valleien zijn
ontstaan. Deze valleien worden weer doorsneden door heuvelruggetjes
(de zogenaamde escarpments).
Het Riftgebied strekt zich uit over heel Oost-Afrika, met name in
Kenia, Tanzania, Ethiopie en Oeganda. Het schijnt dat de breuklijnen
doorlopen tot in de Arabische hoek en daar dezelfde soort landschappen
geven. Als je vanuit Nairobi de Rift in rijdt zie je een enorme
vlakte voor je. Het land is geel met bruin gevlekt; savanne afgewisseld
met akkertjes. De hitte blijft hangen in de vallei en zorgt ervoor
dat de eerstvolgende heuvelrug, het Mau-escarpment, slechts als
een heiige vlek zichtbaar is. Het eerste deel van de route is nog
asfalt, maar naarmate we dichter bij het Maasai Mara komen, gaat
de weg over in zand, stenen en gaten. Een echte 'dirtroad' dus.
Mountain Rock
We hebben gelukkig afleiding genoeg, want ook buiten het park zien
we al enorme hoeveelheden dieren, grote kuddes gnu's (ook wel wildebeesten
genoemd) en veel antilopen soorten; de Grant gazelle, de Thomson
gazelle, topi's en impala's. We worden al echte experts in het herkennen
van diverse soorten en scannen direct naar onderscheidende elementen,
zoals de vorm van het gewei, strepen, vlekken en romphoogte. Natuurlijk
hebben we ook een boekje bij de hand. Door al die stops overvalt
de avond ons als het ware. Via een pad bestaande uit lavabrokken
vinden we moeizaam onze weg naar het ons aanbevolen 'Mountain Rock
Camp'. Hoewel we onze twijfels hebben of het inderdaad 'Mountain
Rock' is, hebben we gezien het tijdstip weinig keuze meer. Mijn
ouders gaan in een grote tent, waar bedden en een tafel in staan,
een zogenaamde luxe safaritent, terwijl wij ons eigen tentje opslaan
onder hun luifel. Het restaurant is helaas niet open, dus eten wordt
een beetje moeilijk. "Hadden ze maar geweten dat we zouden komen",
afijn, we krijgen een thermosfles met heet water. In het licht van
een olielamp, vullen we onze magen met onze noodvoorraad: brood,
drinkbouillon en sardienjes uit blik. Mijn moeder heeft nog wel
een heerlijk toetje uit Nederland bij zich: Pimkoekjes van Lu. De
chocolade en marmelade mengen zich in mijn mond alsof het taartjes
zijn. Wie heeft er nu Pimmetjes op safari?!
Game drive
Als we 's ochtends wakker worden, staat het Maasai mannetje nog
steeds voor onze tent, hij heeft de hele nacht persoonlijk over
ons gewaakt. Hoewel eten en electra ontbreken, is de campsite in
de bush wel voorzien van flushtoilets en douches met warm water!
Het is hier zo gek nog niet. Zo vroeg mogelijk gaan we het Maasai
Mara National Park in. Johan bestelt aan de poort met een stalen
gezich twee kaartjes voor residents en twee voor non-residents.
Met zijn Keniaanse auto heeft Johan een mooie aanleiding om zich
uit te geven als resident. Zoals bijna overal ter wereld is ook
hier de toegangsprijs voor een non-resident het tien-of twintigvoudige
van de lokale prijs. Met z'n tweeën lukt dat meestal niet, maar
met mijn ouders als non-resident klinkt het blijkbaar heel aannemelijk.
We sparen hiermee zeker 50 dollar uit.
De ranger
Meteen na de poort zijn we al omgeven door allerlei wild. Een kudde
olifanten met kleintjes kuiert al gras knagend vlak voor onze auto
langs. Verder veel zebra's met zogende kleintjes die er heel donzig
uitzien. Grote vogels en buffalo's. Het houdt niet op. We maken
een stop bij de Hippopool. Daar mogen we ook uit de auto, een aantal
gewapende rangers houdt een oogje in het zeil. Er zitten inderdaad
veel nijlpaarden, hun gebries en gesnuif is meteen te horen. Een
van de rangers kan ons ook wel krokodillen laten zien. We lopen
met hem mee en behalve krokodillen zien we ook bavianen. De fooi
van mijn ouders neemt hij gretig aan en zegt dat hij ons ook giraffen
kan laten zien. De verleiding is groot, we hebben er namelijk nog
geen gezien, maar we hebben eigenlijk niet zo'n zin in die ranger
met zo'n gun in de auto. Hij dringt wat aan en we maken wat plaats
achterin. Toegeven, binnen vijf minuten -na de omweg naar zijn hutje
om spullen op te halen- spot hij giraffen voor ons. Hij zegt dat
we van het pad afmogen en we rijden dwars door het hoge gras naar
de groep toe. Prachtig gezicht vanuit het safaridakje, de ijle nekken
steken scherp af tegen de acaciabomen.
Serena Mara Lodge
Op weg naar een lodge voor onze lunch zien we nog aardvarkens, hyena's
en struisvogels. Ok, die ranger, dat was de moeite waard, maar nu
moeten we hem weer zien af te schudden. Hoewel hij ons heeft verzekerd
dat hij op eigen gelegenheid terug naar zijn kamp gaat, probeert
hij natuurlijk toch een lift te krijgen. De Serena Mara Lodge is
er één van het type erg luxe. Ik wil niet eens weten wat een kamer
hier kost. Met een lunchbuffet voor twee personen jagen we er meteen
ons hele dagbudget doorheen. Voor de prijs van één cola nuttigen
we normaal een avondmaal bij de golfplatenhutjes. Dat mag de pret
niet drukken, want het eten is verrukkelijk. De Lodge is in groen
en oranje tinten uitgevoerd en in elk detail zijn Maasai sieraden
verwerkt. Nadat we ons zo netjes mogelijk hebben volgepropt, genieten
we nog even van het fantastiche uitzicht over het park. De rijken
der aarden liggen hier midden in de savanne aan het zwembad, met
aan de andere kant een drinkplaats voor het wild. Speciaal aangelegd,
zodat de gasten vanaf hun ligstoelen het wild kunnen gadeslaan.
's Middags doen we nog een vergeefse poging een mannetjesleeuw op
te sporen, maar stuiten wel onverwachts op een luipaard. Hij doet
zijn naam eer aan, want we staan er ongeveer een uur naar te kijken
maar hij blijft lui in het gras liggen. Met een ondergaande zon
over de savanne rijden we terug naar onze Maasai mannetjes van de
camping. De thermoskan evenals de Maasai bewaker staan al klaar
bij onze tent. Een veilig gevoel.
|