In de afgelopen jaren hebben wij al meer reizen gemaakt. Reizen
van 2, 3 of 4 maanden. Over het algemeen zullen we deze landen niet
meer aan doen tijdens deze wereldreis. Als je wat informatie over
deze landen wilt, kun je ze hieronder aanklikken. Kort samengevat
geven we aan wat wij hebben bezocht, wat aanraders zijn en wat juist
de afraders zijn. Daarnaast nog andere tips en wetenswaardigheden
specifiek van de betreffende landen. Let wel even goed op het jaar
dat wij er waren, in een paar jaar tijd kan er natuurlijk heel veel
veranderen.
Het gaat om de volgende landen:
Cambodja
Wij zijn in de zomer van 1996 naar Cambodja geweest. Hoewel dat
niet in de planning lag, werden wij door veel medereizigers attent
gemaakt op dit geweldige land. Cambodja was op dat moment relatief
rustig en veilig. De Rode Khmer was wel nog aanwezig, maar hield
zich redelijk afzijdig.
Activiteiten
Wij zijn slechts een week in Cambodja geweest. Op de dag van aankomst,
vrijdag, hebben we niets meer ondernomen. In en rond de hoofdstad
Phnom Penh hebben we twee dagen doorgebracht. De ene dag zijn we
eerst op zoek gegaan naar vliegtickets en daarna hebben we enkele
culturele bezienswaardigheden bezocht: het nationale museum, het
oude paleis en Wat Phnom (waar Phnom Penh naar vernoemd is). De
andere dag zijn we met brommermannetjes op pad geweest naar de Killing
Fields van Choeng Eck en voormalige school cq gevangenis en martelcentrum
tijdens het Khmer-regime Tuol Sleng. Daarna waren we dusdanig onder
de indruk dat we alleen nog wat hebben rondgedwaald op de overdekte
'Russische Markt".
We zijn met de boot naar Siem Riep gegaan, dat kost een halve dag.
Wel zijn we die avond nog even met onze ter plekke gehuurde brommermannetjes
naar het Ankor Wat-complex gereden. De volgende twee dagen hebben
we full-time besteed aan het verkennen van Angkor Wat-complex. De
daarop volgende dag zijn we wel 's ochtends nog naar Ankor geweest
en hebben we 's middags het vliegtuig naar Phnom Penh genomen. Op
de laatste dag hebben we nog wat rond gelummeld in Phnom Penh en
zijn we aan het einde van de dag doorgevlogen naar Singapore
Tips en wetenswaardigheden
- Bij hebben in Bert's Bookstore overnacht. Boekhandel, hotel
en alles ineen. Leuke plek, goedkoop en je kunt hier alles regelen
(toen 5 US$ per nacht).
- Omdat je hasj kunt kopen op de markt alsof het losse thee is,
zijn er veel 'vage reizigers' in Phnom Penh. In sommige restaurantjes
hangen veel mensen stoned rond.
- Bij aankomst van de boot in Siem Riep staan er erg veel mensen
te dringen om klandizie. Zonder dat wij het overigens wisten,
is er vanuit Bert's Bookstore gebeld en stond er iemand met een
bordje met onze namen. Op zich best fijn.
- Je hebt zeker brommermannetjes nodig voor je bezoek aan Angkor.
Sowieso ligt het wel een half uur brommeren van Siem Riep af.
Daarnaast beslaat het centrale terrein ongeveer 25 km2. Nog afgezien
van de afgelegen tempels kun je het dus niet lopend doen. Bovendien
weten de brommermannetjes goed de weg, weten ze waar het wel en
niet veilig is en weten ze op welke routes geen gevaar voor mijnen
is.
- Een driedaags bezoek aan Angkor is op zich voldoende (tenzij
je heel erg geïnteresseerd bent). Niet omdat er niet meer
te zien is, maar na drie dagen tempels beklimmen heb je het wel
gehad.
Veiligheid
Speciaal voor Cambodja een aantal tips over de veiligheid. In principe
kon je in 1996 redelijk veilig naar Cambodja, mits je een aantal
ongeschreven regels in acht nam. Dit hebben wij ook weer gehoord
van andere reizigers.
- Niet 's avonds na donker (ongeveer na achten) over straat lopen.
Het beste is om rond die tijd terug te zijn in je hotel en anders
in elk geval een brommermannetje te nemen en niet te gaan lopen.
- In tegenstelling tot normaal niet al je geld in de moneybelt
bewaren. Beter is om het te verstoppen op diverse plekken in je
kamer. In de gewone buidel heb je je geld voor die dag en in je
moneybelt heb je nog 20 of 30 dollar. Dit is niet te veel en niet
te weinig als je wordt gedwongen om het af te geven!
- Leger en politie worden continue ingezet om de veiligheid te
bewaken. Zij worden echter zwaar onderbetaald. Je loopt dus het
meeste risico om door een militair of politieman te worden aangehouden.
Geef gewoon je geld en ga niet stoer lopen doen. Als je het geld
afgeeft wat je bij je hebt (daarom niet te veel bij je hebben)
dan gebeurt er verder niets met je.
- Vanuit Phnom Penh over land naar Siem Riep gaan (waar Angkor
ligt) was toen erg onveilig (vaak werden bussen beschoten en beroofd),
maar werd de boot als ok beschouwd. Toch is het beter om dat niet
op het dak te gaan zitten, want toen wij op deze boot zaten is
er wel een schot gevallen. Hoewel we niet weten of dit gevaar
betekende of niet, zijn we terug maar gevlogen (50 US$). Dit is
nog altijd het veiligst.
top
Guatemala
Eind 1997 heb ik ongeveer een maand doorgebracht in Guatemala.
Drie weken is voldoende om de meeste bezienswaardigheden te zien.
Daarnaast heb ik een week Spaanse les gevolgd.
Activiteiten
In de maand dat ik in Guatemala zat, november en december 1997,
was het vrij koud. Dit mede door El Nino. We zijn via Palenque in
het zuiden van Mexico door de jungle naar de grensrivier gegaan.
Aan de overkant van de rivier zijn we door de douane van Guatemala
gekomen. Hier moesten we wel wat dollars teveel betalen, maar wat
kun je andere als je in de middle of nowhere staat! Toen een afschuwelijke
busrit door de jungle naar Tikal (waarbij het blijkbaar nodig was
om gewapende mannen op het dak van de bus te hebben zitten. Daarna
een paar dagen in Flores en een bezoekje aan Tikal. Erg gaaf.
Vervolgens zijn we gevlogen naar Guatemala City en daar meteen
doorgereisd naar Antigua, waar we een school hebben gereserveerd
voor de week erop. Onze grote rugzakken konden we op de school achterlaten
(Academia Sevilla) en met de kleine rugzak hebben we in een paar
dagen Panachajel, Lago de Atitlan, diverse dorpjes, de warmwaterbronnen
bij Quetzaltenago en chichicastenango hebben gedaan. Soms met kleine
toeristenbusjes, maar vaak ook met de felgekleurde 'chickenbussen'
tussen de lokale bevolking: vechten om een zitplaatsje! Na een week
school een weekend Monterico en daarna naar de westkust. Een dag
of drie in Livingstone doorgebracht met strand en boottochtjes over
de Rio Dulce. Vanuit daar zijn we met een kleine open motorbootje
over de oceaan overgestoken naar Honduras. Na een paar dagen Honduras
zijn
we bij Copan weer opnieuw Guatemala binnengekomen. Nog een paar
dagen doorgebracht in Antigua alwaar mijn medereiziger nog een bezoekje
heeft gebracht aan de vulkaan Pagayo. Ik heb dat uit veiligheidsoverwegingen
niet gedaan (niet alleen vanwege onberekenbare lavastromen, maar
ook in verband met overvallen en verkrachtingen).
Tips en wetenswaardigheden
- Een van de belangrijkste bezienswaardigheden van Guatemala is
Tikal, de maya-site in de uitgestrekte oerwouden in het noord-oosten.
Dit is ook absoluut de moeite waard, door de hoeveelheid tempels,
de grootte van de tempels en door de ligging. Wel moeilijk bereikbaar
als je niet wilt vliegen. Een absolute aanrader.
- Daarnaast kun je gemakkelijk een paar dagen doorbrengen in de
buurt van Panachajel, Lago de Atitlan en omringende dorpjes. Het
meer is erg mooi. Van de omringende dorpjes zijn sommigen al heel
toeristisch, wel leuk voor de markten. Andere dorpjes zijn minder
toeristisch, leuk om aan te doen, maar naar mijn idee niet echt
gezellig om lange tijd door te brengen. Hoewel sommigen daar anders
over denken. Naar mijn idee zaten er dan ook veel vage reizigers
die daar weken lang een beetje rondhingen. Panachajel is een oude
hippieplaats. Hoewel toeristisch, vond ik het erg ok daar.
- Ook Chichicastenango is erg leuk. De zondagmarkt is leuk en
druk bezocht, maar qua prijs kun je beter je inkopen doen in Panachajel.
- Quetzaltenango zelf heb ik niet gezien, alleen van bus geswitched
richting heetwaterbronnen. De bronnen waren zeer lastig te bereiken,
maar waren wel erg relaxted. Van wat ik van Quetzaltenango heb
meegekregen, leek me het niet echt de moeite waard. Vrij grote
stad.
- Monterico (westkust) is leuk voor een weekendje. Je moet wel
goed bestand zijn tegen muggen! Ik was er in december en toen
werd je echt levend opgegeten. Ze staken gewoon door je kleding
heen! Zwarte stranden en hoge golven. Baules Beach hotel is erg
leuk.
- Een heel verschil met Monterico is Livingstone aan de oostkust.
In tegenstelling tot Monterico heb je hier witte stranden. De
bevolking is van negroïde afkomst, hetgeen een aparte combinatie
vormt met het Spaans dat ze spreken. Een paar dagen Livingstone
is genoeg, een wandeling naar wat watervallen, een boottochtje
naar Playa Blanca en een boottochtje door de 'kloof' van de Rio
Dulce.
- En dan niet te vergeten Antigua. Een schattig plaatsje. Natuurlijk
ook erg toeristisch en ook vol met studenten en scholieren die
hier op een van de 80 scholen Spaanse les volgen. Vanuit Antigua
kun je alles ondernemen en alles regelen. Het is niet de hoofdstad,
maar voor toeristen fungeert het eigenlijk wel als zodanig.
Veiligheid
Guatemala is niet super-veilig, als je tenminste alle verhalen hoort.
Mijzelf is niets overkomen, hoewel ik wel op een nacht in Antigua
twee mannen met grote geweren op een brommertje zag passeren. Toen
vroeg ik me wel af of er toch niet het een en ander waar was van
de verhalen. Het land is nog niet zo heel erg lang geleden uit een
burgeroorlog gekomen. Veel ambtenaren zijn nog corrupt en er zijn
ook nog veel bendes.
- Het is niet verstandig 's avonds heel laat of 's nacht over
straat te lopen. Zelfs niet in Antigua. Als je over straat gaat
op een laat tijdstip, is het beter om dat met een groepje te doen.
- Het is absoluut niet veilig om 's nachts busreizen te maken.
De meeste langere afstanden zijn te doen in een dag en anders
plan je tussenstops in.
- Overdag is alles hartstikke safe.
top
Honduras
Alles bij elkaar heb ik in december 1997 twee weken doorgebracht
in Honduras. Een land waar nog niet zoveel toeristen komen. Als
ik meer tijd had gehad, zou ik er best langer hebben willen blijven.
Activiteiten
De eerste keer zijn we Honduras binnengekomen via de oceaan vanuit
Livingstone in Guatemala. Op zich niet zo'n veilige en comfortabele
tocht (5 uur), maar het weer was rustig en het scheelt een weer
tocht van 48 uur bussen over slechte wegen. In het kleine plaatsje
waar we aankwamen, moesten we wachten op de man de van immigratie
die maar niet kwam opdagen. Uiteindelijk
hebben we toen maar de bus gepakt naar de dichtstbijzijnde stad
Puerto Cortes. Daar hebben we onze stempels gehaald bij de immigratiedienst.
Omdat ook hier niets te beleven viel, zijn we meteen doorgereisd
naar San Pedro Sula. De op een na belangrijkste stad van Honduras.
Wederom het toppunt van onveiligheid. 's Avonds rond acht uur werden
we door lokale mensen voor gek verklaart omdat we zo'n honderd meter
gingen lopen in dezelfde straat van de PizzaHut naar ons hotel.
De stad is verder niet zo bijzonder, wel is het citymuseum heel
leuk.
Daarna met de bus door naar Copan, de belangrijkste Maya-site van
Honduras. Wel een aardige site, maar ik was al een beetje afgestompt
na de vele sites in Mexico en Guatemala.
De tweede keer ben ik vanuit Guatemala City naar Roatan gevlogen.
Dit is het grootste eiland van de drie Bay-Islands. Geweldige bounty-eilanden.
Niet goedkoop, maar je bent wel ongeveer de enige toerist. Uitgestrekte
stranden, mooie hutten en een prima snorkel en duik lokatie.
Veiligheid
Zoals veel landen in Midden-Amerika is Honduras ook vrij onveilig.
Hoewel je daar overdag niet zo heel veel van merkt. Met name 's
avonds moet je niet teveel willen ondernemen. Op de Bay-Islands
is het 's avonds daarentegen wel rustig.
top
Indonesië
Zowel in 1995 als in 1996 ben ik naar Indonesië geweest. De
eerste keer ongeveer 7 weken en de tweede keer alleen een weekje
op Bali om uit te rusten.
Activiteiten
Sumatra is nog vrij onherbergzaam. De wegen zijn spaarzaam en slecht.
Ik ben vanuit Penang in Maleisië aangekomen in Medan. Medan
is gewoon een vieze stad veel glurende moslimmannetjes en een groot
wit Hollands postkantoor. Vanuit Medan ben ik in één
ruk doorgegaan naar Bukittingi. Een leuk stadje in de bergen. Hier
een paar dagen doorgebracht en een paar dagen aan Lake Maninjau
(heel relaxed) en toen met de bus naar Padang. Vanuit hebben we
de boot genomen naar Jakarta op Java.
Java is zonder meer het drukste eiland en ook wel het eiland met
de grootste cultuurhistorische bezienswaardigheden. Ik ben niet
zo'n fan van grote steden. Dus ook Jakarta vond ik niet het meest
geweldige onderdeel. Wel is de oude Hollandse wijk, Old Batavia,
leuk om te zien met ophaalbruggen, een gracht, wat pakhuizen en
musea. Vanuit Jakarta in de harde klasse van de trein doorgereisd
naar Yogjakarta. Heerlijke stad om een aantal dagen rond te hangen.
Natuurlijk vanuit hier de Borubodur en de Prambanan bezocht. Ook
het Diengplateau nog even aangedaan met een ochtendwandeling om
de sunrise boven de vulkanen te zien. De volgende bestemming is
de Bromo-vulkaan. Hoewel al vrij toeristisch wel erg mooi. Ook weer
per trein door naar de oversteekplaats naar Bali.
Bali is absoluut het meest toeristische eiland dat ik heb gezien
van Indonesië. Toch verschilt het wel wat je onderneemt en
waar je bent. Behalve toeristisch Bali is het ook heel groen en
zijn er heel veel tempels als je wat meer de binnenlanden ingaat.
Zo hebben wij de eerste dagen doorgebracht in Lovina, in het noorden
van Bali. Gezien de zwarte stranden is dit deel niet het meest favoriet
bij toeristen en dus veel rustiger. Met ons gehuurde jeepje de binnenlanden
in. Van de heetwaterbronnen bij de Gunung Batur genoten en een tocht
langs de krater gemaakt, waar de rotsen zo heet zijn dat je er eieren
kunt koken. Natuurlijk het creatieve stadje Ubud bezocht en de vlakbij
gelegen Elephantcave. Ook de oudste tempel in Amplapura en het waterpaleis
in Tirtagangga waren erg mooi. Tijdens het tweede bezoek aan Bali
hebben we ook even de tempel in zee bekeken…….
Daarnaast heeft ook het uitrusten op het strand en het bezoek aan
de disco in Kuta niet ontbroken. Zeker na een paar maanden reizen
kan dit best even leuk zijn! Vanuit Bali zijn we met de boot naar
Lombok gegaan.
Lombok is nog veel traditioneler dan de andere eilanden en het
is een veel kleiner eiland, waardoor de makkelijker van alles kunt
gaan zien. Er is wat minder gemotoriseerd verkeer en kenmerkend
voor Lombok (en de Gili-eilanden) zijn de paardenkarren. Je kunt
per jeepje met gids leuke dagtochten maken. Als je naar een strand
wilt waar (toen nog) niemand was: Kutabeach in Lombok. De strandplaats
in Lombok die wat toeristischer is heet Sengigi. Dat hebben we na
een paar dagen ingeruild voor een van de Gili-eilanden: Gili Trawangan.
Op de Gili-eilanden is helemaal niets te beleven: een houten hutje,
strand, kokosolie en veel verse ananas!
Tips en wetenswaardigheden Sumatra
- De meest veilige manier om van Sumatra naar Java te komen is
per boot. Aangezien op de zuidelijke helft van Sumatra weinig
meer is dan oerwoud, gaat de gemiddelde reiziger vanaf halverwege
Sumatra door naar Java. Dat kan helemaal per bus, maar dit schijnt
een afschuwelijke tocht te zijn, waarbij ook nogal eens ongelukken
en pech voorkomen. Als je met de boot wilt moet je wel op tijd
uitzoeken wanneer er een boot vaart (ongeveer eenmaal per twee
weken). Het koste toen 25 of 30 gulden. Je moet je wel realiseren
dan je dan 50 uur op die boot zit. Je hangt de hele dag in de
slaapzaal op grote houten bedden waarop je een matrasje kunt huren.
Driemaal per dag gaat er een bel en kun je eten komen halen (ijzeren
dienblad, geen bestek, altijd rijst, heel weinig), daarnaast is
er geen eten te koop! Neem daarom genoeg te eten mee!
- Waar ik niet ben geweest op Sumatra, maar wat wel de moeite
schijnt te zijn, is Bukit Lawang (Oerang Oetanpark) en de Berastagivulkaan.
Ook het …meer (zo groot als Singapore) en het eiland dat daarin
ligt (…) schijnen aardig te zijn. Een bijzonder gaaf bounty eiland
is Pulau Wee, voor de westkust (Atjeh), waar je ook haaien en
dolfijnen ziet.
- Lake Maninjau is veel kleiner, maar ook veel minder toeritisch
dan Lake … Er hangt een hele onspannen sfeer. Wij hebben er omheen
gefietst (mooi maar vermoeiend) en het schijnt dat je ook batikcursussen
kunt doen hier.
- Medan vond ik niets aan, evenals Padang. Bukittingi daarentegen
vond ik een heel gezellig bergstadje.
Tips en wetenswaardigheden Java
- Yogjakarta is een stad waar je zeker een paar dagen voor moet
uittrekken. Niet alleen de omgeving is interessant, ook de stad
zelf is leuk. Helaas heb ik het Kraton niet gezien, maar dat schijnt
wel de moeite waard te zijn. Zowel Prambanan als de Borubodur
zijn erg mooi. Je kunt dit ook gemakkelijk met lokaal vervoer
doen, het kost je wel iets meer tijd.
- Ik vond ook het Diengplateau wel de moeite waard. Houd er rekening
mee dat je vrij hoog zit en dat het 's nachts vrij koud is. Wij
hebben met een gids van het guesthouse vanaf een uur of vijf een
wandeling gemaakt. Een aanrader. Je ziet de zon opkomen boven
een hele serie vulkanen, je bezoekt stinkende geisers, het coloured
lake, je loopt door het hoogste dorp van Java en via kleine paadjes
door de rijstvelden passeer je menig mini-Prambanannetje.
- Hoewel de Bromo toeristisch en standaard is, moet je het zeker
opnemen in je programma. Het maanlandschap, de vulkanen en het
staan op de kraterrand is toch een unieke ervaring. Als je het
om 4 uur 's ochtends doet (ivm de zonsopgang) dan ga je meestal
ook bij het viewpoint langs. Heb ik niet gezien, maar het uitzicht
schijnt heel fraai te zijn.
- Wat ik niet gedaan heb op Java, maar wat wel de moeite waard
schijnt te zijn is: Bogor (met paleis Buitenzorg en de botanische
tuinen) en het enige mooie strand van Java: Karita Beach (met
uitzicht op de Krakatau).
Tips en wetenswaardigheden Bali
- De boottocht tussen Java en Bali duurt ongeveer een half uur,
maar de boottocht tussen Bali en Lombok daarentegen duurt een
uur of 5!
- De Gunung Batur en omgeving is erg mooi. De tocht naar en rond
de kraterrand (waar de rotsen zo heet zijn dat je er eieren kunt
koken) is absoluut de moeite waard. Wij hebben het zonder gids
gedaan, maar gelukkig liep er wel een mannetje met ons mee. Een
gids is dus wel aan te raden, in elk geval voor het deel tot aan
de kraterrand (zeker als je het doet in het donker voor de zonsopgang).
- Bali is op zijn mooist als je een paar dagen met een jeepje
door de binnenlanden rijdt Je moet echt kleine dorpjes in gaan
en door de rijstvelden gaan lopen.
- Wat ik niet heb gedaan op Bali, maar wat wel erg gaaf schijnt
te zijn is een enorme waterval en een snelstromende rivier waar
je kunt raften.
Tips en wetenswaardigheden Lombok
- Op Lombok was Kutabeach toen heel rustig. Sengigi was niet zo
heel veel aan. Beter zijn de Gili-eilanden. Boten vertrekken vanaf
Sengigi.
- De Rinjanivulkaan schijn erg mooi te zijn om te beklimmen, maar
het is wel een redelijk zware trekking van enkele dagen met gids!
- Als je met de middagboot vanaf Bali komt is het al vrij laat.
De mannetjes in de havenplaats zijn niet makkelijk om mee te onderhandelen.
Waarschijnlijk omdat ze weten dat je weg wilt en er niet direct
mogelijkheden in de buurt zijn.
Veiligheid
In tegenstelling tot de meeste landen in midden-Amerika is Indonesië
erg veilig. Eigenlijk heb ik me nooit echt onveilig gevoeld. Ik
heb zelf een nacht met een ander meisje op het perron van het treinstation
van Jogya geslapen, omdat de nachttrein veel te vol zat. We werden
wel elk half uur door iemand wakker gemaakt, die ons kwam vertellen
dat het niet veilig was om daar zo te slapen.
Alleen in Kuta toen we een keer dronken waren, hebben jongens die
bij ons kwamen lopen bij een vriendin geprobeerd haar moneybelt
(zo een die onder de kleding zit) door te snijden.
top
Maleisië
In 1995 ben ik ongeveer een maand in Maleisië geweest. Alleen
op het peninsulair gedeelte van Maleisië. Het viel mij een
beetje tegen hoe geciviliseerd dit land al is. Het gedeelte van
Maleisië dat op Kalimantan ligt (Sawarak) schijnt wel veel
primitiever te zijn.
Activiteiten
Ik ben via Thailand bij Penang Maleisië binnengekomen. We hebben
een paar dagen doorgebracht op Penang en in Georgetown. In verband
met het Chinese Newyear hebben we er langer gezeten dan gepland.
We hebben wat strand gedaan en de hoogste berg van het eiland bezocht.
Leuk uitzicht. De stad is wel aardig.
Vanuit Penang zijn we naar de Cameron Highlands gegaan. Erg fijne
omgeving met allemaal theeplantages. We hebben een plantage bezocht
en een tocht gelopen in het bos. Het is jammer dat het daar vrij
koud was, daarom zijn we er vrij snel weer vertrokken.
De volgende stop was Kuala Lumpur. Ondanks dat ik niet van grote
steden houd, vond ik KL niet onaardig. Vanuit KL zijn we verder
gereisd naar Melakka. Hoewel het een klein stadje is, is de
sfeer erg leuk. Voor ons Nederlanders is het wel erg leuk om het
Nederlandse deel met de molen en de rode Nederlandse gebouwen te
bekijken. Vanuit Melakka is het maar een paar uurtjes naar Singapore.
Na een bezoek aan Singapore zijn we aan de noordoostkant van Maleisië
langs de kust weer omhoog gegaan. Hier zijn we overgestoken naar
Pulau Tioman. Een heerlijk eiland (het scheelt denk ik wel dat wij
er off-season waren). Dit eiland laat zich omschrijven als een jungle-bounty-eiland.
Behalve houten hutjes en veel strand veel jungle, rubberbomen en
heel veel (onge)dieren. We hebben veel apen en varanen gezien (hele
grote), maar ook kakkerlakken en zandvlooien waren in grote getale
aanwezig!
Uiteindelijk ben ik via Singapore, KL en Penang met de boot overgestoken
naar Medan in Indonesië.
Tips en wetenswaardigheden
- Op Penang zijn de meeste mensen moslim. Na het ruimdenkende
Thailand leek het westerse Penang uitermate geschikt om topless
te zonnen: de rijen openlijk kijkende mannen op het strand liet
zien dat dat een foute gedachte (en actie) was.
- In KL (Kuala Lumpur in reizigersjargon) is het volksmuseum en
het nabijgelegen park in elk geval aanraders. We hebben ook de
beroemde grotten bezocht, waar jaarlijks optochten worden gehouden
met mensen die zich doorregen hebben met ijzeren pennen en naalden.
Echter zonder deze optocht vond ik de grot weinig spectaculair.
- Een dagje strand bij Malakka is ten zeerste af te raden, hoeveel
behoefte dat je er ook aan hebt. Het strand en de zee zijn erg
vies van de grote scheepvaart vlak voor de kust.
Het rode Nederlandse gebouw herbergt een leuk museum. In Melakka
moet je ook zeker een keer een maaltijd gaan nuttigen van een
bananenblad (met je vingers!)
- Wandelen in de Cameron Highlands kan prima zonder gids. Goede
kaarten zijn beschikbaar (zonder kaart wordt het lastig, ik ben
hopeloos verdwaald nadat mijn reisgezel veel te ver vooruit was
gelopen met de kaart!). In restaurant bieden ze hier overal steamboat
aan: de Chinese variant van fondu; zeker een keer proberen.
- Wat ik niet heb gedaan maar wat erg de moeite waard schijnt
te zijn is een bezoek aan de Taman Negara. Het tropisch regenwoud
in het midden van het land. Ook schijnen de kust en de eilanden
die aan de noord-oostkant van Maleisië vlak bij Thailand
liggen erg mooi te zijn.
Veiligheid
Maleisië is een erg veilig land.
top
Mexico
Ik ben in het najaar van 1997 ongeveer twee maanden in Mexico geweest.
In het begin veel rondgereisd. Daarna een maand lang Spaanse les
gehad op een school in San Cristobal de las Casas. Tijdens de weekenden
en daarna ook nog wat sightseeing gedaan en daarna de reis voortgezet
in Guatemala.
Activiteiten
We zijn gevlogen op Mexico-city. Ondanks dat ik niet van grote steden
houd, moet ik zeggen dat ik Mexico-city een erg leuke stad vond.
Vanuit hier hebben we ook een dagtochtje gemaakt naar de piramides
van Teotihuacan. Daarna zijn we met de vroege ochtend bus naar Acapulco
gereisd. Wat we niet wisten is dat daar die nacht een tropische
storm was gepasseerd. Heel Acapulco lag vol modderstromen en het
goedkope deel was überhaupt niet meer te bereiken. Het oorspronkelijke
plan om via de kust door te reizen naar Oaxaca kon niet doorgaan
en na twee dagen ellende met dezelfde bus maar weer teruggekeerd
naar Mexico-stad. Vanuit daar gevlogen van Cancun. Iets boven Cancun,
een Puerto Juarez een paar dagen in een caravan gezeten en dagtochtjes
gemaakt naar Isla Mujeres. Daarna door naar de volgende strandplaats,
Playa del Carmen en vanuit hier de maya-site Tulum bezocht en gesnorkeld
in lagunas langs de kust. Een autootje gehuurd (natuurlijk een knalrode
Kever) en de ruines van Cobán, Chitzen Itza en Uxmal bezocht.
Ook de hoofdstad van Yucatan, Merida, hebben we aangedaan. Daarna
verder landinwaarts, via de prachtige ruïne van Palenque en
de waterval van Misol Ha naar het bergstadje San Cristobal de las
Casas. Hier eerst een school gereserveerd en daarna wat uitstapjes
gemaakt in de buurt. Paardgereden en de Canion del Sumidero bezocht.
Een paar nachten verbleven in de stad Tuxla. Daar was echt helemaal
niets aan.
Daarna 4 weken Spaanse les genomen bij het Instituto Jovel in San
Cristobal de las Casas (SCLC) en al die tijd bij een gastgezin gewoond.
Dit was erg leuk. In de weekends de nodige uitstapjes gemaakt in
de buurt. Naar de indianendorpen (o.a. Chamula) in de bergen rondom
SCLC, nog een keertje naar Palenque en een jungletrekking naar de
mayasites diep in het oerwoud, waar de Lacandon Indianen leven.
Ook het merengebied Lagos de Montebello nog bezocht. Uiteindelijk
via Palenque en de rivier in het oerwoud naar Guatemala gegaan
Tips en wetenswaardigheden
- Mexico-stad is dus zeker een aanrader. Voor als je net aankomt
is hotel Canada een perfect hotel. Midden in het centrum en nog
best te betalen (niet super low-budget)
- Elke stad heeft in centraal plein, het Zocalo, en op het zocalo
in Mexico-stad is elke avond de ceremonie van de vlag (om 17.00
geloof ik). Best de moeite waard om dat een keer bij te wonen.
- In Mexico-stad zijn veel musea. Een echte aanrader is het Volkenkundig
museum. Het is heel groot en behandelt de hele historie van Mexico.
Bovendien zijn voor het museum vaak optredens van de Valadores,
de typisch Mexicaanse paalzwaaiers. Ook het huis van kunstenares
Frida Kahlo en het Trotsky-huis zijn leuk.
- Teotihuacan kun je gemakkelijk zelfstandig bezoeken, er gaan
per dag meerdere bussen naartoe. Het zijn de op twee na hoogste
piramides ter wereld.
- Oaxaca heb ik in verband met de storm niet kunnen bezoeken,
maar schijnt wel erg leuk te zijn.
- San Cristobal de las Casas kan ik iedereen aanraden. Het ligt
wel op redelijke hoogte in de bergen, dus het is er vaak wat kouder
en mistig. Maar het is een heerlijk stadje, waarin en waaromheen
ontzettend veel te doen is.
- Spaanse les kun je op heel veel plaatsen nemen in Mexico, mij
is de school Instituto Jovel in San Cristobal erg goed bevallen.
Deze school staat niet in de Lonely Planet en de andere school
wel (El Puente), maar Jovel is veel beter dan El Puente. El Puente
is wel erg leuk als café en cultureel centrum. Jovel is
te vinden op Internet. Je krijgt individueel les en je kunt al
dan niet bij een gastgezin logeren. Dat heb ik wel gedaan en dat
is mij heel erg goed bevallen. Het verschilt natuurlijk wel per
gastgezin.
- De indianendorpen in de omgeving van SCLC zijn erg leuk om te
bezoeken. Ik ben er zelf in meerdere geweest en ze hebben allemaal
hun eigen klederdracht, hun eigen gewoonten en specialiteiten.
Ik heb zelf Chamula en … bezocht met …. Zij staat elke ochtend
met een felgekleurde paraplu op het zocalo in SCLC. Zijn geeft
erg goede rondleidingen. Ook de rondleidingen via het museum Na
Bolom schijnen erg goed te zijn. Het museum is sowieso ook een
aanrader
- De jungletrekking nabij Palenque vond ik ook erg leuk om te
doen. Je slaapt 's nachts in een tent in de middle of nowhere.
- In Yucatan zijn erg veel leuke dingen te doen, maar het is wel
veel toeristischer. Zeker alles wat binnen een dag reizen vanaf
Cancun te bezichtigen is, is superdruk.
Veiligheid
Over het algemeen is Mexico een veilig land. Het loopt duidelijk
een paar stappen voor op de rest van midden Amerika. Je kunt ook
prima nachtbussen nemen. Het enige gebied wat daar een uitzondering
op vorm is de Chiapas, het bergachtige gebied rondom San Cristobal.
Daar zitten nog wat rebellen (Zapatistas) in de bossen en daar rommelt
het regelmatig. Het is beter om naar en van SCLC geen nachtbussen
te nemen. Ook wordt door de lokale bevolking aangeraden om 's nacht
niet alleen over straat te gaan. Maar ik moet zeggen dat ik nooit
iets verkeerds heb gezien of meegemaakt. Natuurlijk wordt er ook
wel eens een keer een bus overvallen (ik heb een verhaal gehoord
van een Nederlandse vrouw die is overvallen in de bus van Mexico
city naar Teotihuacan), maar niet zodanig dat je er echt rekening
mee moet houden.
top
Thailand
Ik ben in januari 1995 in Thailand geweest. Het was in vergelijking
met landen als Indonesië al redelijk ontwikkeld. Ik vond het
toen in elk geval erg goedkoop en de mensen over het algemeen erg
vriendelijk.
Activiteiten
We zijn aangekomen in Bangkok. Een enorme stad, waar het hele backpacker-gebeuren
zich met name afspeelt op Kao San Road. Daar kun je je van alles
aan laten meten, niet alleen qua kleding, maar ook qua studentenkaarten
en perskaarten. Daarnaast zijn er vele eettentjes en reisbureautjes.
Na een paar dagen Bangkok hebben bij een van die bureautjes een
bus geboekt naar Chang Mai in het noorden. Een hele nacht in de
bus, 1000 km, voor 10 gulden!
De bedoeling was om vanuit Chang Mai een trekking te gaan doen.
Van andere reizigers hoorden
we dat dat veel gaver kon vanuit Pai. Een klein dorpje op een paar
uur rijden van Chang Mai. Dus dezelfde dag weer met de bus naar
Pai. Daar een dag met een brommertje rondgereden. Daarna vier dagen
trekking: 3 dagen lopen en 1 dag raften. Supergaaf. Geslapen in
hutten bij de plaatselijke bergvolken etc. Vervolgens via Bangkok
(knooppunt van alles) door naar Kanchanaburi. Het dorpje waar de
brug over de River Kwai ligt. Leuk stadje aan de rivier, met veel
floating hotels en restaurants. Bij de resten van de oude brug is
een museum. Ook nog een bezoek gebracht aan het park van de 7 niveaus
watervallen. Best aardig.
Daarna zijn we via Bangkok doorgereisd naar Koh Samui. Dat is best
een lange tocht en na de bustocht nog een boottocht van een uur
of 5. Op Koh Samui een week in een hutje op palen aan het strand
gezeten voor een paar gulden per nacht. Daarna doorgereisd naar
het volgende bounty eiland: Koh Phi Phi. Dit was echt geweldig.
Geen wegen, je moest van de ene naar de andere baai met de boot.
Heel paradijslijk.
Tips en wetenswaardigheden
- In Bangkok zijn het koninklijk paleis, Wat Golden Mount (vanwege
het uitzicht) en een tocht over de Klongs (binnenwateren) aanraders.
- De trekkings in Pai hebben als voordeel dat ze wat verder weg
in de jungle plaatsvinden. Daardoor kom je niet tig andere groepen
tegen. Bovendien kun je zelf met een stel mensen een gids zoeken
en met hem een trekking op maat samenstellen. In Pai hebben we
voor en na de trekking verbleven in hutjes rondom een hele grote
vijver. Het heette Blue Mountain Hut en het wat precies aan de
andere kant van het dorp als waar de bus stopt. Supergaaf. Check
of dit er nog is. Het stond destijds niet in de Lonely Planet.
- Qua eilanden vond ik Koh Phi Phi echt supergaaf. Dat raad ik
ook iedereen aan. Koh Samui is veel groter en toeristischer. Je
kunt er vanaf Bangkok zelfs heen vliegen. In de buurt van Samui
liggen nog wel Koh Pangan en Koh Tau. Deze schijnen veel rustiger
te zijn. Op Pangan is elke maand de full moon party. Ben ik niet
geweest, je moet ervan houden geloof ik.
- Waar ik niet ben geweest, maar wat uit historisch oogpunt wel
mooi schijnt te zijn is de oude koningsstad Ayuthaya en Sukothai.
- Waar ik ook niet ben geweest, maar wat wel als leuk bekend staat
is de floating market nabij Bangkok en een wildpark net boven
Bangkok.
Veiligheid
Thailand is naar mijn idee erg veilig. Het enige dat ik daar eng
vond waren de super schurftige honden. Nog nooit ergens zulke vieze
honden gezien. Een ander gevaar is drugs, het schijnt dat je op
feesten als de full moon party wel het risico loopt dat ze een spulletje
in je glas doen en dan je geld jatten. Wel moet je een beetje oppassen
in nachtbussen, als je gaat slapen. De grootste vijanden zijn triest
genoeg vaak je medereizigers.
top
Singapore
Ik ben een paar keer kort in Singapore geweest, in 1995, 1996 en
1999. De laatste keren
voornamelijk omdat er een vriendin van mij woont. Singapore trekt
mij niet heel erg. Warm, netjes en duur. Geen ideale bestemming
voor een backpacker op een low budget. Bovendien zijn er ook niet
heel erg veel bijzondere dingen te zien.
Het enige dat ik wel grappig vond is de nightsafari in de dierentuin.
Verder is het de bedoeling dat je gaat shoppen en terrasjes pakt.
Natuurlijk moet je wel even een bezoekje brengen aan het historische
Raffles Hotel.
top
Vietnam
IN 1996 zijn wij 5 weken naar Vietnam geweest. Een land met een
natuur die een grote afwisseling kent. Een land waar je nog onmiskenbaar
de gevolgen van de oorlog ziet. En wat ons ook opviel en wat ons
dan ook vaak irriteerde is de communistische inslag waarmee alles
zoveel mogelijk centraal wordt geregeld.
Activiteiten
We zijn per vliegtuig geland in Saigon, oftewel Ho Chi Min City.
Het eerste dat opvalt is het enorme vliegtuigkerkhof net langs de
landingsbaan. Altijd even vriendelijk en onderdanig doen bij de
douane en hopen dat je ondanks je visum voor dertig dagen ook daadwerkelijk
30 dagen wordt toegelaten. Na een paar dagen sightsee-en en acclimatiseren
in Saigon een dagje ChuChi-tunnels en CaoDai tempel gedaan. Aansluitend
een driedaagse tour door de Mekong Delta. Veel rijstvelden, tunnels
en tempels. Slang geproefd en gedronken en aan de grens met Cambodja
gestaan (toen wisten we nog niet dat we daar later naartoe zouden
gaan).
Eenmaal terug in Saigon een soort open ticket gekocht naar Hué,
met diverse stops onderweg. De eerste stop is Dalat, een regenachtig
dorpje in de bergen in het zuid-westen. Dit is een soort honeymoonbestemming
voor kersverse paartjes uit de wijde omtrek. In alle hotels treffen
we dan ook dezelfde roze satijnen bedden met rushes en kussens aan.
Een tikkeltje ranzig is het ook. We zijn een dagje op pad geweest
bij een brommermannetje achterop, dit is blijkbaar de gangbare activiteit
in Dalat. Behalve veel oninteressante dingen bezoeken we ook een
rupsenkwekerij (voor de zijde). Dit is erg interessant. En een dorp
van de lokale minderheid. We sluiten de dag af met een bezoekje
aan de crazy monk, een tip van andere reizigers. Een monnik die
jarenlang heeft geschilderd en nu zijn schilderijen verkoopt voor
10 dollar per stuk. We hebben er een paar gekocht.
De volgende plaats die we aandoen is Nhatrang. Een kustplaats in
aanbouw. Weinig te beleven. We hebben hier een boottochtje gemaakt
met Mama Han. Wel aardig.
Langs de kust verder en via een tussenstop in Danang naar Hoi An.
Dat is een klein vissersstadje, dat nog wel wat van de vroegere
charme heeft behouden. Het doet wat mediteraan aan. Het strand ligt
op steenworp afstand. Vanuit hier ook een dagje met de brommer het
binnenland ingegaan, naar ruines. De toch was leuker dan de ruines.
De laatste plaats op onze ticket is Hué. De oude keizerlijke
stad. Natuurlijk het Forbidden Palace bezocht, of althans datgene
wat er van over is. Er hangt wel een prettige sfeer hier. Ook hier
huren we weer brommertjes en bezoeken we de graftombes (bijna dorpjes
op zichzelf) die in de directe omgeving van Hué liggen. Natuurlijk
stoppen we ook even bij de beroemde Pagoda van Hué. Vanuit
Hué maken we een dagtocht door de DMZ (demillitarised zone).
Tijdens de oorlog het grensgebied tussen noord en zuid Vietnam en
daarom een gebied wat hevig heeft geleden en geheel ontbost is.
We bezoeken oude legerplaatsen en landingsbanen, monumenten, tunnels
etc.
Daarna nemen we de nachttrein naar Hanoi. Hier hangt een heel andere
sfeer dan in Saigon. Wat vriendelijker en rustiger. Natuurlijk bezoeken
we het lijk van uncle Ho in zijn mausoleum, zijn huis op palen en
de oudste houten pagoda van Vietnam.
We vervolgen onze weg met een klein busje naar Sapa, een plaatsje
in de bergen in het noordwesten, tegen de Chinese grens aan. Hier
wonen diverse bergvolken in prachtige klederdrachten. We maken hier
ook twee wandeltochten. Via Hanoi rijden we dan door naar de kust,
naar Halong Bay. Een soort van karstgebergte dat met zo'n 3000 bergeilandjes
uitzwermt in de zee. Het is een heerlijke driedaagse boottocht met
veel eten, snorkelen, zwemmen en grotten. Op het grootste eiland
Cat Ba, stoppen we wat langer en maken we een jungletocht. Op de
hoogste berg heb je een geweldig uitzicht over de zee met alle eilandjes.
Eenmaal terug in Hanoi zijn we teruggevlogen naar Saigon en vervolgens
naar Cambodja.
Tips en wetenswaardigheden
- Saigon is best een aardige stad om een paar dagen rond te wandelen
en door te rijden in een cyclo. Historisch zijn natuurlijk de
voormalige amerikaanse ambassade en de paleis van de president.
- Bijna alle reizigers reizen van noord naar zuid of van zuid
naar noord. Daarom kun je zowel in Saigon als in Hanoi bij bepaalde
cafe's open tickets kopen. Wij hebben dat in Saigon gedaan bij
Sinh Cafe in Hanoi kun je dat doen bij Kim Cafe. Maar er zijn
er nog meer. Op zich is dit de meest goedkope manier om heel snel
door Vietnam te reizen. Als je in een maand van noord naar zuid
wil of visa versa dan ontkom je hier bijna niet aan. Als je alles
met het openbaar vervoer wilt doen, dan moet je je waarschijnlijk
beperken tot een kleiner gedeelte. De tickets zijn wel handig,
maar je komt wel automatisch alleen op die plaatsen waar iedereen
komt. Je kunt wel uitstappen op tussenliggende plaatsen, maar
dan is het moeilijker om af te spreken dat je weer wordt opgepikt.
De trein tussen Hué en Hanoi is ok, maar tickets zijn vaak
dagen van te voren uitverkocht. De trein in de rest van het land
schijnt erg langzaam en onregelmatig te rijden (tenminste in '96).
- Juist omdat alle reizigers dezelfde routes nemen met de zelfde
tickets, die altijd worden gedropt in dezelfde hotels en restaurants,
zijn de mensen van deze hotels en restaurant erg onvriendelijk.
De enige oplossing is daar waar mogelijk zelf een ander hotel
of restaurant op te zoeken. Vaak heb je midden in een busreis
de mogelijk niet, maar op de eindbestemming meestal wel. Dan kom
je op veel gezelliger plaatsen.
- De enige manier om te ontsnappen aan de door iedereen platgetrapte
routes is ter plekke een fiets of een brommertje te huren. Dan
kom je hele vriendelijke en behulpzame mensen tegen. Als je dan
gaat eten komt de hele familie bij je aan tafel zitten. Dat is
echt heel leuk.
- Zelfs als je wat meer moeite doet, blijkt het vaak onmogelijk
om aan de voorgebaande paden te ontsnappen. Alles lijkt wel door
de overheid te worden geleid. Zo hebben wij in Hué getracht
zelf een dagtocht te organiseren door de DMZ-zone. Met een groepje
hebben we ene busje met chauffeur gehuurd. Die bleek al snel een
gids op te gaan halen (hadden wij niet besteld, maar zat er blijkbaat
bij in). Telkens als wij bepaalde dingen wilde zien, zei de chauffeur
en de gids dat ze daar geen permit voor hadden en dat dat dus
niet kon. Uiteindelijk hadden we net zo goed een tour kunnen boeken!
We hebben ons daar wel aan geïrriteerd, maar misschien kon
het echt wel niet anders.
- Stel dat je minder tijd hebt, dan zou ik als eerste Dalat en
Nhatrang schrappen uit het programma. Ik zelf vond de mekong delta,
Hoi An, Hué, Hanoi, Sapa en Halong Bay absoluut de moeite
waard.
- Toen wij in Hoi An waren, hadden ze nog niet zo heel veel hotel
en koste het nogal eens wat moeite om een kamer te vinden. Wel
kun je in hotel supergoedkoop op maat kleding laten maken. Geef
ze wel een god voorbeeld, want wij zijn zoveel groter dat ze vaak
dingen te klein maken.
- Ondanks dat je een ticket hebt en van te voren hebt laten weten
dat je op een bepaalde dag mee gaat met de bus, wil het niet zeggen
dat je zeker plaats hebt. Ze boeken alles altijd te vol. Zorg
daarom dat je altijd ruim voor de vertrek tijd aanwezig bent en
verover meteen een zitplaats. Er wordt niet heel veel gestopt.
Het is daarom handig zelf genoeg water en wat eten bij je te hebben.
De wegen in Vietnam waren toen in elk geval erg slecht.
- Sapa is erg leuk, met alle bergvolken. Op zondagochtend is de
markt, die wordt bezocht door de diverse volken uit de weide omtrek.
Juist in het weekend is hier de accommodatie ook schaars. Het
is trouwens ook best koud in Sapa.
Veiligheid
Over het algemeen is het met de veiligheid in Vietnam goed gesteld.
In een stad als Saigon zijn wel wijken die je absoluut moet mijden.
Maar verder kun je ten alle tijden veilig over straat. Ook hotels
en dergelijke zijn meestal erg veilig.